Vijf minuten met tweetakt held Mike Kras

In de schaduw van de GP klassen treden ook de EMX300 rijders dit weekend aan in Rusland! Net voor afreizen spraken wij met de regerende kampioen en de huidige nummer twee in de stand, Mike Kras (GL12 KTM Racing). ‘De Kogel’ staat bekend als een uitzonderlijk en veelzijdig coureur die de top-5 haalde in een MX2 GP, overwinningen boekte in supercross, de Nederlandse kleuren verdedigde in de MXoN en nu zichzelf heeft heruitgevonden als tweetakt specialist.

Als wij dit interview publiceren zal jij al ter plaatse zijn maar het is wel een heuse onderneming die GP van Rusland.
Mike Kras: “Dat kan je wel zeggen! ’s Middags op Schiphol vertrekken om uiteindelijk rond 4 uur ’s morgens ter plaatse te zijn. Gelukkig maak ik me er echt niet druk in. Ik kan onderweg wel slapen, ik heb zelf eten mee, kortom we hebben alles goed geregeld… (lachend) En sommige van mijn concurrenten zoals Brad Anderson en Kenny Vandueren zitten op dezelfde vluchten dus strijden we met gelijke wapens! Het is niet evident om voor de EMX300 naar daar te gaan, maar als je heel het kampioenschap wil rijden, zit er niets anders op. Ik ben trouwens in 2012 ook al naar Rusland gegaan voor de EMX250 (red. Mike werd toen derde.)”

Je bent in in ieder geval goed begonnen aan jouw titelcampagne in de EMX300.
Kras: “Ik voel me goed. Teutschenthal was niet mijn beste wedstrijd maar ik werd twee keer tweede. Natuurlijk is er druk om de titel te verlengen, al zie ik dat zelf niet zo. Opnieuw kampioen worden is nét de uitdaging en het is ook cool om met het nummer één rond te rijden. Ik heb er hard voor gewerkt, dan is het mooi om die één te laten zien. Ook het rijden in Duitsland was heel fijn omdat de baan er nog goed bij lag. Ik heb van niemand in de klasse schrik. Dat zeg ik niet hoogmoedig of zo, ik weet dat ik de snelheid heb om te winnen. Natuurlijk is het jammer dat Yentel (Martens) nu gekwetst is maar ik weet dat ik hem kan kloppen. Dat heb ik vroeger al vaak genoeg bewezen.”

Ook in Nederland gaat het wel best lekker met de tweetakt, in het ONK zit je meestal in de subtop.
Kras: “Dat loopt toch niet zoals ik het zelf zou willen. Als je er niet in de start bij zit, wat helaas meestal het geval is dan is het toch moeilijk tegen die viertakten. Inhalen is ook al moeilijker op smalle banen…”

Vergelijk het rijden met een tweetakt eens als je start in een veld met viertakten.
Kras: “Doordat-ie meer koppel heeft, wint een viertakt heel erg in de eerste meters na een bocht. Als je er dan achterblijft, maak je geen schijn van kans. Eigenlijk moet je net sneller insturen en die snelheid zoveel mogelijk behouden. Een tweetakt heeft ook geen motorrem. Met een viertakt kan je veel luier rijden. Op de tweetakt moet je alles heel precies doen wat vermoeiender is. Maar het is wel veel fun!”

De tweetakt crossers zijn weer populairder aan het worden. Het geluid, het rijplezier de andere lijnen, het feit dat tweetakten goedkoper zijn draagt daar ook toe bij. En je bent één van de Europese tweetakt helden!
Kras: “In Nederland en België leeft het minder maar in Engeland waar ik het tweetakt kampioenschap rijd is er ontzettend veel enthousiasme! We rijden op het eind van de dag en toch blijven heel veel mensen speciaal voor de 2-stroke British Championship. Het is in Groot-Brittannië zelfs de grootste klasse met de meeste deelnemers!”

Je staat ook aan de kop in Engeland.
Kras: “Klopt, het is wel fijn om te zien hoe mensen mijn prestaties daar waarderen. In Canada Heights stonden er telkens 50, 60 mensen rond mijn bus!”

Jouw situatie is heel anders dan vorig jaar omdat je nu in een team zit. Wat betekent dat voor de motor?
Kras: “Dat is zeker een enorme verbetering. Vorig jaar reed ik 100% privé, met wat steun van Sölva. Nu rijd ik voor een Brits team, GL12 Racing KTM. We krijgen rechtstreeks steun van KTM Oostenrijk, ik heb een heel goede WP vering, een Nederlandse monteur (red. Ton Van Grinsven)… De manier van werken bevalt me enorm.”

Hoe gaat de combinatie van internationaal rijden en jouw baan?
Kras: “Eenvoudig is het niet. Ik doe metaalwerk lassen en slijpen, meestal erg lange dagen. Voor fysiek trainen is er eigenlijk geen tijd. Zeker op zandbanen voel ik dat enorm, als het snel ligt kom ik gewoon veel beter uit de verf. Ook de eerste wedstrijden waren lastig want ik had in de winter veel te weinig gereden. Voor mij is de EMX300 echt perfect. We hebben het nu prima geregeld, de prestaties zijn goed en ik heb wat salaris. Doordat het een kampioenschap is over 5 ronden hoef ik ook maar 15 dagen vakantie dagen te nemen. Reken maar uit voor de EMX250, drie dagen vakantie per ronden dan kom je al aan 27 dagen terwijl ik maar 20 dagen vakantie heb. Dit is dus het maximale voor mij.”

Het zegt veel over jouw kwaliteiten als rijder om toch nog uit te blinken hoewel je weinig traint?
Kras: “Natuurlijk heeft het er ook mee te maken dat de EMX300 nog een echte liefhebbersklasse is. Dat is in de EMX250 niet meer het geval. Eerlijk: voor een groot kampioenschap kom ik gewoon conditioneel te kort. Al is er wel één voordeel. Mentaal kan ik rustig naar de EMX wedstrijden toeleven. Zenuwachtig ben ik niet, want ik ben zo druk met andere dingen dat ik maar één dag voor de wedstrijd weer mijn focus op motorcross heb. Anders heb je meer tijd om te piekeren of zo.”

Succes Mike!
Op de hoogte blijven van de verrichtingen van ‘De Kogel’? Volg ‘m op Instagram!

Foto’s: Motohead, MXGP, ACU