Hoewel Ohlins in de MotoGP de plak zwaait als hofleverancier van topteams en wereldkampioenen is de reputatie van de Zweedse veringspecialist in het WK motorcross heel wat minder. Ondanks de MX2 wereldtitel van Christophe Pourcel drie jaar geleden, geldt op dit moment Kayaba als de MX veringspecialist bij uitstek.Dat was ooit wel anders, want twee jaar na oprichting was het al prijs voor Ohlins dat in ’78 de 250cc wereldtitel won met de Rus Gennady Moiseev (KTM). Later volgden zelfs wereldtitels in alle mogelijke auto- en motorsportdisciplines. Het team van Michele Rinaldi zelf reed met behulp van Ohlins naar successen in 1992 (Donny Schmit) en 1994 (Bob Moore). Als het aan het merk ‘met de gouden veerpoten’ afhangt, komen die gloriedagen spoedig terug. Zowel David Philippaerts (MX1) als Gautier Paulin (MX2) zullen gebruik maken van Ohlins. MXMag sprak met Michele Rinaldi over deze verrassende move, na een karrenvracht titels met Kayaba. Nota bene terwijl Ohlins een dochter was van Yamaha…
Gezien de link met Yamaha zou het niet meer dan logisch zijn dat Yamaha Monster Energy met Ohlins rijdt?
Michele Rinaldi: “Nee, hoor omdat wij als Yamaha fabrieksteam altijd de beste leveranciers hebben mogen kiezen. In functie van de prestaties en waar onze rijders zich het best bij voelen. Bovendien is Ohlins sinds eind 2007 terug onafhankelijk want de oprichter Kent öhlin heeft zijn aandelen teruggekocht. We hadden al wel eens eerder gepraat over een nieuwe samenwerking, maar nu heeft Ohlins beslist om zich opnieuw op de MX-markt te richten.”
Speelde het een rol dat Kayaba al zoveel teams bedient in het WK motorcross?
Michele Rinaldi: “Het klopt dat Kayaba heel nadrukkelijk aanwezig is in het WK, maar dat is logisch want ze hebben ook een uitstekend product. Wij hebben altijd goed samengewerkt met Kayaba en met Technical Touch dat de service verleent. Bovendien is de communicatie per team perfect gescheiden, dus dat was zeker niet de reden om van veringleverancier over te stappen.”
Van waar dan deze overstap?
Michele Rinaldi: “Op technisch gebied zijn we continu op zoek naar verbetering en we denken dat we elkaar kunnen versterken op het gebied van vering in motorcross. Kijk maar naar het succes van Ohlins in de MotoGP en we ken de mensen en hun producten natuurlijk ook zelf. Als Yamaha fabrieksteam waren we vereerd door het verzoek van Ohlins. Bovendien bleek uit de testsessies dat er veel potentieel zit in de huidige producten. Ik ben er ook gerust in dat we qua service goede ondersteuning zullen krijgen omdat we samenwerken met de Andreani Group (noot: de Italiaanse importeur van Ohlins) die ook service verleent voor Ohlins in SBK, supermoto en enduro.”
Jullie hebben veel testwerk voor de boeg, de 2010 YZ450 F is helemaal nieuw. Om dan met een nieuwe vering te gaan werken, zorgt voor nog meer workload?
Michele Rinaldi: Dat is wel zo, maar iedereen is gemotiveerd door deze uitdaging. We weten ook dat we leergeld zullen moeten betalen, en dat we soms wat zullen moeten zoeken. Dat hoort er nu éénmaal bij. Dit is ook geen project over enkele maanden, het is een project op lange termijn. De bedoeling is om snel te zijn tijdens de voorjaarsraces en vooral om klaar te zijn voor de eerste GP in Bulgarije. Ohlins wil topresultaten halen in de GP’s om zo de gewone gebruiker te overtuigen. De eerste feedback van David (Philippaerts) is erg positief. De vork vloeit goed in korte kippen en bij grote jumps voelt hij heel progressief aan. In de bochten vond David zelfs dat de motor sneller ging. Ook de achtervering werd prima onthaald, dus we hebben in ieder geval een gezonde basis.
Positief is wel dat een nieuwe samenwerking zoals deze iedereen ook scherp houdt?
Michele Rinaldi: Ik ben blij dat je het zegt, want het is natuurlijk heel positief voor het WK motorcross en MX in het algemeen als een grote, succesvolle speler zoals Ohlins weer wil investeren. De bedoeling is dan ook dat ze meer teams en rijders gaan ondersteunen. Op die manier wordt de concurrentie opgevoerd. We zouden het ook helemaal niet erg vinden als er volgend seizoen al nog andere toppers met Ohlins gaan rijden. In zekere zin zou het de druk wat weghouden omdat anders iedereen op ons gaat focussen. Bovendien is het voor Ohlins positief om veel input van verschillende kanten te krijgen om zo snel mogelijk te ontwikkelen.