Tijdens het voorseizoen is het dikwijls lastig om piloten in te schatten. Je hebt rijders die nog niet in vorm zijn, zich verstoppen of sukkelen met hun nieuwe motor. Er zijn ook uitblinkers waarvan iedereen zich afvraagt of ze het een hele seizoen zullen volhouden. Tweevoudig junior wereldkampioen Tanel Leok (LS Motors-Honda) is nou niet bepaald de eerste de beste, maar de Est deed de voorbije weken toch heel wat wenkbrauwen fronsen. The Estonian Express schreef verschillende poles op zijn naam en won al een reeks in Mantova. In Hawkstone Park deed Tanel er nog een schep bovenop want hij was er de snelste MX1 rijder in een sterk deelnemersveld. Met meer dan 42 seconden voorsprong op De Reuver won Leok de eerste reeks en als sluitstuk won hij de Superfinale. Hoog tijd dus om de sympathieke Est voor de micro te halen.
In het begin van het seizoen was je al vaker snel, is dat typisch voor jou?
Tanel Leok: “Dat weet ik niet, maar dit seizoen voel ik me inderdaad heel sterk. Ik voel me goed in het team, allemaal leuke mensen om mee samen te werken en de motor ligt me. Dat merk je ook wel tijdens de wedstrijden, denk ik. Daarnaast heb ik gewoon een prima winter achter de rug. Ik heb hard gewerkt de afgelopen maanden en ook de samenwerking met Marnicq Bervoets werpt haar vruchten af.”
Bervoets stelt jouw trainingsschema’s op, maar hij is ook jouw coach?
Tanel Leok: “Inderdaad en dat werkt super. Op zijn manier houdt Marnicq de druk weg, bovendien heeft hij zoveel ervaring. Regelmatig zegt hij iets dat je aan het denken zegt. Je laat het even bezinken en dan ga je ermee aan de slag want het klopt wat hij zegt. Bervoets is een geweldige steun voor mij.”
Tijdens het seizoen woon je al jarenlang in België, kende je Marnicq voor je naar LS kwam?
Tanel Leok: “Ja natuurlijk, maar niet op de manier zoals ik hem nu ken. Marnicq was ook één van die rijders waar ik naar op keek. Ik herinner me nog de eerste keer dat ik hem live in actie zag, dat was tijdens de Duitse GP in Gaildorf. In die tijd keek ik op naar alle fabrieksrijders natuurlijk. Pas later besefte ik dat Bervoets toch een heel bijzonder palmares heeft.”
Je verteerde de aanpassing van de Yamaha naar de Honda probleemloos, naar verluidt wilde je zelf ook heel graag op een rooie zitten?
Tanel Leok: “Wat kan ik zeggen? (lacht) Ik ben altijd al een grote Honda-fan geweest! Toen ik op een 80cc zat was dat altijd met een Honda. Ik weet niet hoe het komt, maar ik heb een zwak voor Honda. Dat gevoel is er nu helemaal opnieuw. Het is moeilijk te verklaren wat precies het verschil is… Ik weet wel dat de CRF450 me enorm ligt. Qua handelbaarheid en houding is hij super goed, ik voelde me meteen thuis op de LS Honda. Zelfs toen ik de motor de eerste keer testte, nog voor ik mijn contract had getekend!”
Je rijdt weer met het nummer 40 dit seizoen. Dat was het nummer waarmee je furore maakte in 2004, je eerste seizoen in de MX1 met Motovision-Suzuki. Waarom heb je dat nummer gekozen?
Tanel Leok: “Omdat het nummer 7 niet meer beschikbaar was! Dat had Barragan gekozen. Zelf ben ik niet zo voor ‘career nummers’. Ik was vorig jaar zevende in het WK, normaal gesproken zou ik dan met het nummer 7 moeten rijden. Voor mensen die een eerste keer naar de cross komen werkt dat het beste. Hé daar rijdt iemand met een laag nummer, dat zal wel een goeie zijn. Dat nummer moet je verdienen, daar moet je hard voor werken.”
Komend weekend rijd je in Gallarate de Internazionali d’Italia waar je jouw Italiaanse titel verdedigt, is dat belangrijk?
Tanel Leok: “Elke titel die je wint is belangrijk, althans voor mij. Want ik rijd om te winnen of dat nu in Estland, Nederland, België of Italië is! Natuurlijk is het WK het allerbelangrijkste, maar ik doe altijd mijn best. Mijn snelheid in de eerste twee ronden (Montevarchi en Castiglione del Lago) was goed, maar ik heb wat pech gehad. In Montevarchi kreeg ik lint tussen mijn achterwiel toen ik op kop hing en in Castiglione moest ik de eerste reeks uit de wedstrijd stappen omdat we een probleem hadden met de benzinepomp… Ik sta nu vierde in de tussenstand na Philippaerts, Guarneri en Coppins. Makkelijk zal het niet zijn, toch blijf ik er voor knokken!”
De meeste mensen kennen Gallarate van de GP in 2005, wat vind jij van die baan?
Tanel Leok: “Ik vind het wel een leuk circuit. Ze hebben wat wijzigingen aangebracht dus ik ben benieuwd hoe die er uit zien. In Gallarate is het soms wel moeilijk inhalen zodat de start nog belangrijker wordt. Al mag dat geen probleem zijn, want de laatste tijd ben ik dikwijls op kop weg!”
Credit foto’s: CDS, Ray Archer