Published On: 4 januari 2011

Voor Jan Lauryssen was 2010 het jaar van de ommekeer. Nadat hij jarenlang probeerde door te breken op Internationaal niveau veranderde Lauryssen het geweer van schouder. De rijder uit Brecht opteerde voor een nieuwe start in het amateurmotorcross. In zijn eerste jaar in de VBM pakte hij meteen de titel bij de Inters MX1 en hervond hij het plezier in het crossen.

“Oorspronkelijk zou ik de VBM combineren met campagnes in het BK en ONK MX1. Maar eigenlijk is het nooit zover gekomen. In maart reed ik de eerste ronde van het ONK MX1 in Mill, maar dat draaide op niets uit. Eigenlijk kroop ik haast over het circuit. Die dag pakte ik dan ook geen punten. Een paar weken later probeerde ik het nog eens in Halle. Daar kwam ik echter hard ten val en toen heb ik het ONK maar voor bekeken gehouden. Vanaf toen heb ik me volledig op de VBM geconcentreerd.”

“De overstap naar VBM vergde toch een aanpassing. Je mag dan al een paar jaar Internationale ervaring hebben, eigenlijk moet je toch opnieuw beginnen. Je rijdt heel veel op akkers en maïsvelden en dat zijn toch een heel ander soort circuits. Je moet in de bochten zo kort mogelijk kunnen afdraaien, anders verlies je meters. Maar tegelijkertijd moet je ook de remknippen in het oog houden. Ik had in mijn jeugd al op dat soort circuits gereden bij VLM. Toch vergde het een paar weken vooraleer ik er terug mijn draai op vond.”

“In het begin van het seizoen was Filip Van Dijck zeker de meest te duchten tegenstander voor mij. Op dit soort circuits kan hij als geen ander uit de voeten. In het midden van het seizoen stopte Filip echter. Vanaf dan was het vooral Mike Vanderstraeten die voor tegenstand zorgde. Er zaten toch ook een paar pareltjes tussen de VBM-omlopen. Persoonlijk vond ik Warsage het mooiste circuit dat we dit jaar, allez vorig jaar, aandeden. Een hard en snel circuit, met veel hoogteverschillen. Niet meteen het soort circuit dat je in de VBM zou verwachten. Heel wat van mijn collega’s hadden er een hekel aan. Ik vond het echter fantastisch.”

“Heel wat amateurs willen toch nog meerijden in het BK, ik niet. Eerlijk gezegd heb ik geen zin meer om te strijden voor een 10e plaats. Als je tenminste al niet gedubbeld wordt. De grote crossen zijn voor mij een afgesloten hoofdstuk, al zou ik een deelname op de Keiheuvel nog wel zien zitten. Het is plezant om terug op het podium te staan en te winnen. Daarom ben ik ook zo blij dat ik dit jaar meteen kampioen werd. Het is misschien “maar” in de VBM, maar daar zit ik niet zo mee. Na drie seizoenen van toch vooral miserie, beleef ik voor het eerst sinds lang terug plezier aan het crossen. En uiteindelijk draait het daar in mijn geval toch om.”

“Dit jaar bleef ik voor het eerst sinds lang blessurevrij. Ook dat geeft een goed gevoel, zeker als je andere seizoenen soms  maanden in het gips gelegen hebt. Toch moest ik dit jaar onder het mes, al was dat dan om mijn knie te spoelen. Het gevolg van een vroegere blessure, maar ik moest er wel de Pinksterklassieker in Moresnet door missen. Ex GP-rijder Werner Dewit is mijn coach. Hij gaat altijd mee naar de cross. Niet moeilijk eigenlijk want Werner is de stiefvader van mijn vriendin. Omdat hij zich soms leek te vervelen heb ik er op aangedrongen dat hij ook een vergunning nam bij de VBM-Inters. Al rijdt hij niet meer elke zondag. Of hij er volgend jaar nog bij zal zijn weet ik niet. Werner werkt nu voor het Nestaan JM Racing team en zal allicht veel naar de GP’s moeten.”

“Als Werner zelf niet meereed, wees hij me wel eens op een bepaalde lijn of een speciaal spoortje hier of daar op het circuit. Ongelofelijk hoe hij daar oog voor heeft.  Als hij wel meereed had ik mijn eigen taktiek (lacht). Dan liet ik hem op kop starten en volgde hem een ronde lang om zijn lijnen te bestuderen. Daarna ging ik hem gewoon voorbij.”

“Voor volgend jaar blijft alles hetzelfde. Ik blijf bij het LEHU-team en op een Suzuki RM-Z 450. Eigenlijk was ik  dit jaar van plan om op  eigen houtje het VBM-kampioenschap te rijden, maar het team wou me er graag bij. Toch heb ik nog steeds mijn eigen sponsors. Zo doet Motorhandel Verheyen ook een duit in het zakje. Fysieke training blijft belangrijk, ook op amateurniveau. Je kan er het verschil mee maken. Ik ben nu sinds vijf weken aan het trainen voor volgend seizoen.  Omdat ik in de zaak van mijn vader werk, kan ik dat allemaal vrij goed  regelen. Door de operatie aan mijn knie is ver lopen uit den boze voor mij. Mijn fysieke voorbereiding bestaat dan ook vooral uit zwemmen en fietsen. Zo reed ik afgelopen weekend nog een cyclocross voor amateurs. Volgende zondag sta ik wellicht met mijn broer Geert aan de start van de cyclocross voor motorcrossers in Tildonk.”

Volgend jaar mik ik terug op de VBM-titel. De formule van VBM zal toch wat veranderingen ondergaan. Zo gaan we met transponders rijden. Daarnaast gaan we van twee naar drie reeksen. Dat vind ik wel een goede stap, zo raakt de dag meer gevuld en het is een extra gelegenheid om prijzengeld te verdienen. Ik hoorde ook dat volgend jaar elke wedstrijd voor het kampioenschap zou tellen. Dat vind ik eerlijk gezegd wel een minder positieve wending.”

Credit foto’s: CDS, Photographic Art