Published On: 30 maart 2012

Het was een vrij kalme week voor het Belgisch motorcross. Ogenschijnlijk althans, want achter de schermen voerde de FMWB een campagne om de wedstrijd in Mons toch te laten meetellen voor het Inters BK.

De kogel is nu door de kerk. Mons zal meetellen voor het BK en wel op Pinksterzondag 27 mei. Of iedereen daarmee tevreden is, durf ik te betwijfelen. Maar goed, in het leven moet je knopen kunnen en durven doorhakken. Wat de repercussies van deze beslissing op de samenwerking tussen de KNMV en BMB inzake de planning van hun beide nationale kampioenschappen zal zijn, weten we vooralsnog niet.  Maar nog niet zo heel lang geleden – meer bepaald in 2010 – deed zich een dergelijke situatie op de kalender voor. Toen stond de BK-opener in Beervelde op 1 mei ingepland (net zoals nu overigens, al werd Beervelde intussen wel Wichelen) en werd er daags nadien een wedstrijd voor het ONK in Varsseveld verreden. En toen lukte het – ondanks de veel grotere afstand tussen beide locaties – ook.

Dit weekend nemen de meeste Belgische crosstoppers rust in de aanloop naar de eerste GP van het seizoen op Paasmaandag in Valkenswaard. Alleen Kevin Strijbos komt in actie in de tweede ronde van  het Maxxis British MX Championship. In de voorbereidingsmaand die maart toch was viel het me op hoe weinig aandacht de Belgische toppers nog krijgen in de ‘algemene media’. Als er al eens een motorcrossgerelateerd artikel(tje) op de regionale sportbladzijden van een krant staat afgedrukt gaat het meestal om amateurmotorcross. Het zegt toch wel iets over de bekendheid of eerder onbekendheid  van de huidige generatie bij pers en het groot publiek. En het is net dat grote publiek waar deze (professionele)  rijders het van moeten hebben. Maar wellicht moet het belang daarvan bij sommigen nog doordringen. Tenzij je Antonio Cairoli of Ken Roczen heet – en dus eigenlijk een superster bent – moet je het als motorcrosser vooral hebben van  populariteit in je thuisland. Slaag je erin om twee volle touringcars (we hebben het hier over de bussen, niet de racewagens)  supporters naar elke wedstrijd van jouw nationaal kampioenschap mee te brengen, dan zullen de lokale organisatoren jou met open armen (en dito geldbuidel) verwelkomen.

Kortom, populariteit en media-aandacht is in dit tijdperk nu eenmaal meer waard dan sportieve prestaties. Neem nu Guy Martin de excentrieke Britse wegrace aan wie een hele documentaire opgehangen werd (te verkrijgen bij de MotorWereld van deze maand). Martin weet zich zo te verkopen dat hij momenteel allicht de best betaalde deelnemer aan de even legendarische als beruchte Isle of Man TT is. En dat terwijl Martin nog nooit een belangrijke wedstrijd won… Maar Martin is wel een personality die nooit een blad voor de mond neemt. En dat is net wat mensen sportfans willen horen. Het zou daarom niet slecht zijn moesten bepaalde Belgische toprijders een beetje ‘mediavriendelijker’ zouden worden.  Zelf al eens journalisten aanspreken (iets wat de jonge generatie wel al doet) of eens spontaan een mailtje met wat nieuws sturen. Dat hoeft geen vlammend betoog over het geloof in eigen kunnen te zijn, maar gewoon wat interessante nieuwtjes.  Kortom, wij hopen op beterschap.

BJ

Foto: CDS Images