Tijdens de Supercross van Lille kreeg ik de gelegenheid om ‘even’ met Christophe Pourcel te praten. Deze ‘even’ werden twee lange momenten, dit omdat de man rechter over me fris van de lever wou praten over elk onderwerp.
Deze eerste vraag en meteen ook meest logische vraag voor de wispelturige CriCri was uiteraard: ‘Ben je hier graag?’. Want laat dat één van de belangrijkste aspecten zijn, als je deze enorm talentvolle piloot wil zien schitteren. Gelukkig kregen we een positief antwoord: ‘Het voelt goed om hier te zijn, het nieuw stadion is prachtig. Het is wel anders want we hebben nu geen tunnel, maar het is meer supercross en het parcours lag op vrijdag – persdag ook schitterend.’ Aldus Christophe Pourcel.
Als jij ergens start zijn er meteen enorm grote verwachtingen, die verwachtingen kregen dan ook nog eens een enorme boost met jouw sterk resultaat in de eerste finale van het weekend. Wat denk je daar over. ‘Dat is best wel grappig. De laatste keer dat ik supercross reed ging ik zwaar tegen de grond en scheurde ik m’n mild. Die blessure heeft me een jaar gekost, omdat de pijn steeds bleef terugkomen. En nu kom ik terug, exact twee jaar na de crash, finish eenmaal tweede en mensen verwachten dan al meteen dat ik ga meespelen voor de overwinning. Top5 is de plaats waar ik ongeveer moet zitten, en de rondetijden en snelheid zitten ook rond die plaats. Maar de slechte starts en de situatie van het parcours dat er soms wat verraderlijk zacht bijlag hebben ervoor gezorgd dat ik m’n wedstrijden gewoon heb uitgereden. Ik heb ook veel bruikbare ervaringen opgedaan met deze nieuwe motor en dat is ook niet onbelangrijk.
IK DOE ALTIJD MIJN BEST VOOR DE FANS
Voel je soms druk in dit soort wedstrijden, want dit is uiteindelijk wel één van de weinige kansen om u te tonen. ‘Neen druk voel ik niet echt omdat het toch geen kampioenschap is. Maar ik wil toch altijd wel mijn best doen voor de fans. Je moet ook kijken dat ik één van de twee dagen het zeer goed heb gedaan. Ik ben eens tweede geweest in een finale en dat heeft géén enkele Fransman me dit weekend me nagedaan. Zet dit alles in het perspectief dat ik net twee jaar geleden in ‘Bercy’ enorm zwaar gewond raakte en dan durf ik te zeggen dat het degelijk weekend was. Mensen mogen echter niet meer verwachten dan wat ik kan, ik moet terug in de ‘groove’ raken.
Afgelopen weekend heb je ook deelgenomen in Milaan, daar was ook Antonio Cairoli, heb je zijn ‘TC222 The Movie’ gezien? ‘Neen helaas niet, ik weet dat ik voorkom in de film, en Tony heeft me ook uitgenodigd maar op de moment van de voorstelling moest ik rijden. Maar de belofte is gemaakt dat ik als een van de eerste een DVD zal ontvangen.’
Pratend over Tony Cairoli wilde we uiteraard weten wat de opinie is van, de toch wel legendarische, nummer 377. Wat denkt hij van het aankomende duel tussen z’n voormalige tegenstander en vriend Tony Cairoli en Ryan Villopoto? ‘De parcours zijn enorm verschillend en als je echt wereldkampioen wil worden denk ik toch dat je twee seizoenen nodig hebt. Want een seizoen voor de parcours te leren kennen en ervaring op te doen is toch geen luxe heb ik ondervonden in 2012.’
JA IK DOE HET NOG STEEDS GRAAG
Een heel ander onderwerp dan, is Christophe Pourcel nog graag motorcrosser? ‘Ja, als ik het niet graag meer zou doen, zou ik het gewoon niet meer doen. Het is niet mijn manier van doen om iets langdurige te blijven doen tegen mijn zin. Daarnaast heb ik genoeg geld gewonnen in het verleden. En wat er ook verteld word, ik kan vertellen dat je na het winnen van enkele titels kunt stoppen als je wilt.’
Een duidelijk antwoord is altijd verfrissend, geen rond de pot gedraai bij ‘Superman’. De Fransman laat me duidelijk weten dat hij nog graag met de motorfiets rijd. Dan willen we nu ook wel eens weten waarom teammanagers hem niet willen. Want als we aan Pourcel denken, denken we toch aan een piloot die alle toppers van dit moment al heeft verslagen. ‘Dat is een heel goeie vraag, ik snap daar evenmin iets van. Mijn resultaten zijn zeker niet slecht. Aandacht? Een heleboel mensen praten constant over mij. Ik heb nog nooit echt iets verkeerd gedaan. Willen ze misschien liever iemand die constant via Instagram, Twitter, Facebook bezig is? Zijn ze misschien bang omdat ze me niet echt kennen? Ik ben namelijk altijd de stille jonge. Dat zou jammer zijn want bijna elke teammanager waarmee ik al heb gewerkt, vind me nog steeds ok, en zal vol lof over me praten. Het enige wat ik wel zeker weet is dat ik graag zou hebben dat het helemaal anders was. Dat de teams in rijen zouden staan, maar dat is niet.’
Morgen kan u deel twee verwachten van dit ‘ad rem’ interview.
Tekst & Interview: Matthias Van Eeckhoven – Foto’s: CDS