De crème de la crème, de fabrieksmotor van KEMEA Yamaha testen op één van de mooiste locaties van België, Mont-Saint-Guibert. Ik had mijn vrije dag niet beter kunnen vullen. Onder het toeziend oog van Marnicq Bervoets ging ik aan de slag met de Yamaha van Benoit Paturel. De jonge fransman heeft er een wisselvallig seizoen opzitten met enkele mooie resultaten zoals een overwinning in Qatar maar naar het einde van het seizoen zagen we een licht verval. Uiteindelijk strandde de fransman op een 5e plaats in het wereldkampioenschap. Een resultaat dat zowel voor Benoit als voor het team tegenviel. Beide hadden ze natuurlijk gehoopt op een podium plaats net zoals vorig seizoen. Aan ons om uit te zoeken of de motor hier iets mee te maken had.
Door Yente Dourte
Met een glimlach tot achter mijn oren reed ik naar de welbekende zandgroeve in Mont-Saint-Guibert waar ‘the man himself’ Marnicq Bervoets mij stond op te wachten. De statische photoshoot van de motor leek wel een eeuwigheid te duren, ik voelde me als een opgesloten hond die net buiten zijn kooi een mals stuk vlees zag liggen. Al 30 minuten lang stond ik me op te warmen tot de verlossende woorden van Marnicq weerklonken: “Start de motor maar en laat je gaan”.
Het is een vast gegeven dat de nieuwe Yamaha’s enorm snel gaan en dat ze één van de betere motorer zijn op vlak van rijgedrag. Wat ons reeds opviel tijdens de photoshoot was de volledige Cycra plastiek. Dit was volgens Marnicq niet enkel omdat het er mooi uitzag, het is ook om de motoren beter te laten presteren. De luchttoevoer met de Cycra plastiek is enkele percentages beter dan de luchttoevoer van de standaard plastiek. Rijden op de rug van een brullende leeuw is hoe ik mijn eerste gevoel kan beschrijven tijdens de eerste ronden op de Yamaha. Door de Cycra plastiek zijn er een aantal extra luchtgaten net aan het stuur bevinden, bij de luchtfilter. Hierdoor klinkt de motor enorm luid en agressief. Het luide gebrul van de motor gaf me een echte kick en ik had automatisch de drang om hoog in de toeren te rijden. Uiteindelijk bleek dat ook de beste tactiek om een optimaal koppelvermogen uit de motor te halen.
De steile flank van de zandgroeve was een echte proef voor de remmen, ik had vaak het gevoel dat ik niet meer kon draaien maar het bleef mij verbazen hoe snel de motor stil stond. Al had ik toch moeite om de achterrem te vinden, die stond heel diep. Doch had ik het gevoel dat de Moto Master remmen topwerk leverden. Tijdens de steile afdalingen merkte ik op dat de motor van Paturel enorm stabiel aanvoelt. In vergelijking tot een Factory KTM vind ik de stabiliteit van de Yamaha net dat tikkeltje beter. Dit komt misschien door de factory technical touch KYB vering waarmee ook Jeremy Van Horebeek aan de start verschijnt.
De nieuwe aanwinst van het KEMEA team, Jago Geerts, is razend enthousiast over zijn nieuwe motor. Hij heeft al enkele keren getest met de oude motor van Benoit Paturel en krijgt binnen enkele weken de nieuwe 2018 blok. Volgens Jago is de motor stabieler dan zijn KTM, vooral in het zand stuurt de motor heel goed. De hardere circuits zijn voor Jago nog een raadsel maar ik ben er zeker van dat de aanpassing snel zal gebeuren.
Voor mij is het topvermogen nog een raadsel aangezien we dit niet zo goed konden testen tijdens de sessies op het circuit van Mont-Saint-Guibert. Tot slot kan ik het koppel beschrijven als typisch 250. Dit wil vooral zeggen dat je meteen wordt afgestraft als je verkeerd schakelt. De juiste versnelling zorgt voor het perfecte koppel net voor de steile hellingen. Hoeveel kost zo’n fabrieksmotor van Yamaha nu ongeveer? Een factory Yamaha 250 van KEMEA is maar liefst 50 tot 60.000 euro waard. Dit zijn allemaal prototypes die niet verkrijgbaar zijn voor dealers of amateur rijders. Het was dan ook voor mij een echte eer om deze motor onder handen te nemen.
Photos: Dieter Jans
Rider: Yente Dourte