Axel van de Sande is één van Belgiës snelste strandracers, en staat momenteel dan ook aan de leiding in het Franse strandrace kampioenschap. Reden genoeg dus om Axel even een bezoekje te brengen voor een leuk gesprek.
Axel sinds de herintrede van de Red Bull knock out kunnen we wel zeggen dat het strandracen aan populariteit gewonnen heeft, maar wat merk jij daar zelf van?
Axel van de Sande: “Ja dankzij de Red Bull knockout krijgen wij hier in België en Nederland meer aandacht dan we bv. voor andere Franse strandraces krijgen. Meestal word er over ons bijna niet gesproken, en dankzij deze wedstrijd komen wij hier toch ook een beetje in de belangstelling.”
Nog niet zo lang geleden wist jij zelf deze wedstrijd te winnen, wat kan je zeggen dat sinds al die tijd tussen in nu echt veranderd is voor jou persoonlijk?
Axel: “Voor mij persoonlijk is er na het winnen van deze wedstrijd eigenlijk niet veel veranderd. Enkel één extra sponsor heb ik daar aan over gehouden. Dit komt ook omdat de wedstrijden in Frankrijk los staan van de Red Bull Knockout, waardoor er in Frankrijk weinig belang wordt gehecht aan deze wedstrijd. Al heb ik in Frankrijk zelf toch ook al enkele mooie prestaties weten neer te zetten, die toch ook enige bekendheid opleveren.”
Je bent ook voor dit seizoen overgestapt van Yamaha naar Kawasaki, hoe is deze overstap voor jou verlopen?
Axel: “Goed! Het is natuurlijk een nieuwe uitdaging voor mij, maar ik ben tot nu toe zeer tevreden dat ik deze stap heb gezet. Ik krijg nu ook de nodige ondersteuning van Kawasaki, en voornamelijk over de besturing van de motor ben ik zeer te spreken. We doen nu eigenlijk nog altijd veel zelf, maar het helpt wel om deel uit te maken van een team. Zo zijn we bv. ook samen in team verband gaan testen, en heb ik op wedstrijden mechaniekers van Kawasaki die mij helpen. In mijn Yamaha periode was dit toch allemaal iets beperkter, dus op zich is deze switch naar Kawasaki zeker een stap vooruit.”
Je maakt dit seizoen dus ook deel uit van het Team One One team van Livia Lancelot, hoe bevalt het jou binnen dat team?
Axel: “Eigenlijk heeft voornamelijk mijn vader contact met hen. Dat gaat dan meestel over het regelen van onderdelen die wij hier nodig hebben. Verder heb ik eigenlijk niet zo heel veel contact met het team, behalve natuurlijk met de persoon van Kawasaki Frankrijk die mijn motoren klaar maakt. Op zich heb ik eigenlijk over de ontwikkeling van de motoren meer contact met Kawasaki zelf. Ik loop er dus zeker de deur niet plat bij het team. Ook omwille van het feit dat hun werkplaats helemaal in het zuiden van Frankrijk aan de Spaanse grens gelegen is, maar we zijn er wel altijd meer dan welkom.”
Zou je het overwegen om ooit ook zelf meer in die streken te gaan trainen/wonen?
Axel: “Voorlopig zie ik dat eigenlijk niet echt zitten, want het strandracen is momenteel nog gewoon een hobby voor mij. Dus voorlopig is dat zeker nog niet aan de orde, al zou het natuurlijk wel fijn zijn mocht ik daar vaker kunnen gaan trainen. Ook is het weer er vaak beter dus dat is altijd wel leuk meegenomen (lacht).”
Denk je eigenlijk dat je ooit full-time professioneel kan gaan strandracen?
Axel: “Ik denk eerlijk gezegd van niet. Het is tegenwoordig overal veel minder als het op sponsoring aankomt. Ik denk daarom dat het momenteel niet meer mogelijk is om volledig professioneel strandracer te worden.”
Livia zelf gaat komend mx seizoen als teammanager het WK in met Honda. Wat betekent dit eigenlijk voor jou, en jouw plek binnen het team?
Axel: “Voor mij kwam dit nieuws ook een beetje als een verrassing, maar Kawasaki gaat dit project gewoon verder zetten zonder Livia. Er zal ook niemand anders worden aangeworven om als tussen persoon te fungeren tussen mij en Kawasaki Frankrijk. We gaan in de toekomst dus niet langer alles moeten regelen via het team, maar rechtstreeks met Kawasaki Frankrijk. Dus op zich verandert er voor mij niet zo heel veel.”
Hoe verloopt momenteel je eerste seizoen met Kawasaki?
Axel:” Tot nu toe heb ik eigenlijk een vrij moeilijk seizoen achter de rug. De eerste wedstrijd van het seizoen wist ik nog als tweede te finishen, maar tijdens de tweede wedstrijd kreeg ik af te rekenen met technische problemen aan mijn motor en vering. Ik wist toen nog als vijfde de finish te bereiken. Maar ook de wedstrijden nadien stond het geluk niet helemaal aan mijn kant. Zo had ik voor de twee daaropvolgende wedstrijden net voordien nog een operatie aan mijn arm ondergaan, waardoor ikhet tijdens deze twee wedstrijden extra zwaar te verduren kreeg. De draadjes van de operatie waren er nog maar net uit wat toch zorgde voor het nodige ongemak op de motor. Ik wist toen alsnog een achtste en een derde plaats uit de brand te slepen, waardoor ik leiding in het kampioenschap alsnog wist te behouden. Dus op zich kan ik daar dan nog wel tevreden over zijn.”
Hoe ben je eigenlijk in het strandracen terecht gekomen?
Axel: “Toen ik jonger was heb ik eerst nog EK, ADAC en Belgisch kampioenschap gereden, maar het werd mij al snel duidelijk dat het EK toch net een stapje te hoog gegrepen was. Ik kon mij er maar net kwalificeren, zeker op de harde ondergronden had ik het vaak moeilijk. Ik kwam toen al beter tot mijn recht in het zand, en aangezien ik al heel mijn carrière samen werk met dezelfde trainer als Adrien van Beveren hadden zij mij toen aangeraden om eens een strandcross te proberen. Vanaf toen ben ik mij eigenlijk voornamelijk daarop gaan focussen. Ik ben uiteindelijk heel tevreden dat ik die stap toen gemaakt heb.”
Wat maakt het strandracen precies zo aantrekelijk voor jou?
Axel: “Ik vind het sowieso heel leuk om in het zand te rijden. Ook het feit dat je tankstops moet maken en dergelijke vind ik op zich wel leuk. Bovendien spreekt der sfeer mij er enorm in aan, want het dat is toch wel heel anders ten opzichte van een gewone motocrosswedstrijd. Ook is de druk er voor mij veel minder. We zijn in de periode dat ik nog EK’s reed naar alle uithoeken van Europa getrokken. Daar voelde ik altijd de druk om mij toch minimaal te kwalificeren. Nu is het echt puur hobby, en probeer ik er ieder weekend gewoon het beste van te maken.”
We gaan je dus bv. nooit aan de start van een GP zien verschijnen?
Axel: “Misschien dat het ooit nog wel eens gebeurt, want Lommel zouden we misschien nog wel eens graag willen rijden. Al staat dat nog helemaal niet vast, maar zeg nooit nooit.”
Welke eigenschappen moet volgens jou een goede strandracer hebben?
Axel: “Voornamelijk je conditie is belangrijk. De wedstrijden zijn ook veel langer als gewone motocross wedstrijden dus je moet wel over een goed uithoudingsvermogen beschikken. Ook is het belangrijk dat je een goed team achter je hebt staan, zodat de pitstop en dergelijke vlot kunnen verlopen. Er komt toch wel wat bij kijken, want bij elke wedstrijd heb ik toch wel een man of 5 nodig die mij helpen. En natuurlijk goed is goed in het zand kunnen rijden ook een voordeel (lacht).”
Wat zijn eigenlijk de grote verschillen tussen jouw racemotor en een gewone crossmotor?
Axel: “Op zich is een gewone 450cc machine sterk genoeg, al moet deze natuurlijk wel soepel lopen. De versnellingsbak wordt aangepast met langere versnellingen om zo een hogere topsnelheid te genereren. Ook rijden wij met een langere achterbrug zodat de motor rustiger reageert op diepe putten. Voor het overige hebben wij enkel een grotere benzinetank. Verder wordt er eigenlijk aan de motor niet zo heel veel veranderd. Enkel worden onze blokken nog wel een beetje getuned, maar op een heel veilige manier. De bedoeling is tenslotte om na 3 uur de finish te halen, dus we zijn daar toch een beetje voorzichtig mee.”
Zie je jezelf ooit de stap zetten naar nog andere takken van deze sport zoals het enduro of rally rijden?
Axel: “Ik zou dat eventueel wel willen, maar dat is ook gewoon enorm duur. Bv. rally kost gewoon heel erg veel geld, en als ik dan zo de verhalen hoor van Adrien (Van Beveren) komen daar ook nog eens veel extra risico’s bij kijken. Als ik ooit die aanbiedingen krijg zal ik daar misschien wel op ingaan, maar voor de moment voel ik mij gewoon goed bij wat ik doe.”
Tot slot wat mogen we jou voor dit jaar nog allemaal toewensen?
Axel: “Ik hoop dat ik dit jaar Le Touquet kan winnen! Dat is gewoon de belangrijkste wedstrijd van het jaar, dus als ik die zou kunnen winnen voor de ogen van bijna 400.000 toeschouwers zou dat heel erg mooi zijn!”
Tekst en foto’s: Dieter Jans