Vijf minuten met Jens Getteman

Wie niet aantreedt in het WK dreigt van de radar te vallen. Voormalig toptalent Jens Getteman (Monster Energy Kawasaki Elf Pfeil) doet echter weg van de GP’s zijn ding als beroepscrosser. Dat doet-ie met succes want Getteman leidt op dit moment zowel in de ADAC MX Masters als in het Duitse DM Open kampioenschap.

Na z’n trainingssessies in Veldhoven strikte MXMag de poulain van Joël Roelants voor een toffe babbel.

Ondanks de goede resultaten heb je eigenlijk best een turbulente voorbereiding achter de rug?
Jens Getteman: “Klopt. Ik was deze winter naar Spanje getrokken, vooral met het idee om supercross te trainen. Tijdens de SX van Barcelona in november kwam ik echter zwaar ten val! Daarbij liep ik een barst in mijn heup en onderrug en een breuk in mijn elleboog opgelopen. Een pijnlijke kwetsuur waardoor ik vier weken amper kon stappen. Gelukkig ging het herstel daarna wel snel. Eind januari zag alles er goed uit, wat zeker een oké timing is voor de Duitse wedstrijden. In Spanje deed ik twee wedstrijden voor het Spaanse kampioenschap. Ik kreeg er een steen op een vinger, die is beginnen ontsteken met een bacterie er op. Wéér vijf weken zonder motortraining. Fysiek heb ik wel kunnen verder werken, dat was dan weer wel positief.”

Je bent weer met Joël Roelants in zee gegaan als trainer?
Getteman: “Dat heeft me zeker een boost gegeven. Joël zag het weer zitten om me te begeleiden. Hij heeft me mee gemotiveerd om er elke dag voor te gaan. Elke dag ben ik voor mijn sport bezig en geef ik me 100%. Ook al is dat dan ‘maar’ voor een Duits programma.”

Eigenlijk kan je niet anders dan dit jaar voor de titel te gaan in de ADAC MX Masters!
Getteman: “Het is nu mijn derde jaar in de ADAC. Mijn doel was altijd om te winnen, maar het eerste jaar werd ik vicekampioen en vorig jaar werd ik derde. (glimlacht) Dus moet het er nù bonk op zijn! Ook het team mikt hoog maar die titel is dus ook mijn doel al is dat niet simpel. Er zijn in de ADAC heel wat rijders die GP-waardig zijn qua niveau maar niet de mogelijkheid hebben om in het WK aan te treden.”

Vorig jaar werd je al Inter DM kampioen. Vergelijk het niveau eens met de ADAC MX Masters?
Getteman: “Het verschil is miniem. Iedereen van de ADAC MX Masters doet ook Inter DM mee, op enkele Tsjechen, Oostenrijkers, Nagl en Leok na. Alle andere jongens combineren beide kampioenschappen.”

Wordt het niveau in Duitsland onderschat? We hebben op de MXMag Facebookpagina wel eens ’n laconieke reactie van fans gezien na een Inter DM overwinning.  
Getteman: “Ik denk dat mensen het niveau sowieso onderschatten. Men denkt dat het bijna een walkover wordt als je van de GP’s komt. Ook binnen het team (red. Pfeil Kawasaki) leefde die overtuiging wel. Iedereen in de top-10 wil winnen en werkt er ook elke dag voor!”

Wat is er nodig om dit seizoen wel de ADAC MX Masters titel te pakken?
Getteman: “Vooral regelmaat. Vorig jaar haalde ik drie wedstrijden de finish niet. Toch werd ik nog derde in de eindstand. Het deelnemersveld is aan elkaar gewaagd, rijders uit de top-5, top-10 laten weinig steken vallen. Daarom moet ik er dus zelf ook altijd staan.”

Je hebt potentieel getoond in de indoorwedstrijden, is het nog steeds jouw ambitie om daar in verder te gaan?
Getteman: “Daar twijfel ik erg aan. Ik heb het twee jaar geprobeerd. Die val in Barcelona heeft me toch aan het denken gezet. Het is gewoon heel moeilijk om er in België voor te trainen. Daarom was ik de afgelopen winter naar Spanje getrokken. De circuits zijn nog niet helemaal te vergelijken met de ADAC SX wedstrijden maar kom… Daarnaast moet je het in die indoorwedstrijden ook opnemen tegen jongens die 10 jaar supercrosservaring hebben, de beste mannen doen ook niets anders het zijn dus echt specialisten. In de zomer beginnen ze al in Frankrijk met het SX kampioenschap daar. Daar moet je dus tegen opboksen, en flink wat risico’s nemen om vooraan mee te kunnen. Ik denk dat ik de indoors dus links ga laten liggen, hoewel ik het enorm graag deed. Eigenlijk heb ik er de goesting in crossen zelfs teruggevonden dankzij de supercrossen. ”

Is het überhaupt mogelijk om voltijds beroepsrijder te zijn als je niet in het WK zit?
Getteman: “Ik heb er voor gekozen om geen vast maandloon te bedingen. Met Pfeil heb ik een bonussysteem waarbij ik iets moois verdien als ik goed presteer. Als ik mindere prestaties heb, dan verdien ik ook veel minder. Geld door ramen en deuren gooien is zeker uit den boze, maar als ik bewust leef dan kom ik rond.”

Op dit moment haal je jouw beste niveau ooit als motorcrosser. Je sterkste jaren als sportman komen er ook aan. Terwijl je in 2016 vlot top-15 noteringen haalde in de MXGP. Speelt het dan nog in jouw achterhoofd om ooit terug te keren naar de GP’s?
Getteman: “Daar ben ik totaal niet mee bezig. Veel mensen vragen me dat: waarom doe ik geen wildcards doe om mezelf te bewijzen? Zeker nu ik sterk presteer. Ik heb ook mensen die me willen helpen met het inschrijvingsgeld. Ik begrijp de vraag wel en ik ben nu ook fysiek veel sterker als toen maar wat heb ik aan een GP-deelname? Stel dat ik mee doe in Lommel, ik haal er de top-15 of kom in de top-10… Achteraf ga ik dan nog steeds met lege handen naar huis. Ik moet er risico’s nemen of ik kom ten val en breng zo mijn hoofddoel in gevaar. Een mogelijke blessure hoort er natuurlijk bij maar je kan er niet buiten dat je wel risico’s moet nemen om mee te draaien op het hoogste niveau. Dat viel me op toen ik in Valkenswaard als toeschouwer aan de kant stond. Sportief gezien mis ik het WK natuurlijk. Vijf jaar heb ik GP’s gereden. Als jonge rijder was dat ook mijn doel maar nu zit ik in een andere situatie. En ik amuseer me met wat ik doe. Meer zelfs, ik amuseer me meer dan toen ik GP’s reed terwijl ik nu meer voor doe.”

Hoewel je in een team zit, blijf je voor heel wat zaken nu op jezelf aangewezen. Het contrast met het verwende, jonge talent is groot.
Getteman: “Sowieso! Ik bekijk alles nu op een heel andere manier. Gisterenavond was ik na de training tot 22u30 aan mijn motor bezig om ‘m klaar te maken voor mijn training vandaag. Als ik zie hoeveel werk anderen voor mij verzet hebben toen ik zelf GP’s reed dan begrijp je veel beter het complete plaatje.”

Foto: Gino Maes