De MX2 klasse van de Supercross van Parijs zorgde al vaak voor schitterende wedstrijden. Met een beetje geluk is dat dit weekend ook zo. Thomas Do is één van de grote kanshebbers op de ‘Prince of Paris’ titel maar dan moet hij wel afrekenen met de regerende ‘prins’ Jace Owen en diens landgenoten Mitch Harrison en Darrian Sanayei.
Bij onze zuiderburen maakt Do al jarenlang het mooie weer in de SX2 klasse je zou bijna vergeten dat hij nog maar 22 is. Thomas was amper 13 toen hij al op de 250cc zat. Ondertussen is hij tweevoudig Frans SX2 kampioen en Pro Hexis SX kampoen. De afgelopen twee seizoenen was Do France vicekampioen. Of het nu op of naast de baan is, de JPM Racing Suzuki rijder gaat zijn weg. Portret van een eigenzinnige kampioen!
Dit weekend is het zo ver, de grootste Supercross van Europa vindt dan plaats in Parijs. Hoe leef je naar de SX van Parijs toe?
Do: “Mijn doel is heel duidelijk, ik wil de SX2 klasse winnen! Ik weet dat er fink wat concurrentie is met Owen en de andere Amerikanen maar ik weet wat me te doen staat. Dat ik een thuisvoordeel heb, is niet zo uitgesproken hoor. Parijs is een speciale baan voor ons want naar Europese normen is het groot. Eigenlijk zit het tussen het gebruikelijke formaat in Europa en de Amerikaanse pistes. Dat ligt me weliswaar goed maar net zoals de Amerikanen zal ik ook wat jetlag heb want ik blijf zo lang mogelijk in de VS. Bovendien train ik hier in Californië op een 450 dus zal ik me zeker een beetje moeten aanpassen aan de kwartliter. Het staat in ieder geval vast dat ik super gemotiveerd ben en dan is er veel mogelijk!”
Hoe ziet jouw programma er volgend seizoen uit?
Do: “ Ik richt me alleen op de Franse SX wedstrijden in 2020, geen ADAC SX Cup dus. Er zijn weliswaar contacten om aan de oostust te rijden/ Met een goede voorbereiding is een top-10 haalbaar dus dat blijft natuurlijk kriebelen. Dit jaar heb ik met beperkte middelen, met mijn eigen motor en mijn monteur, vier wedstrijden gereden: Anaheim 1, Anaheim 2, Oakland, San Diego. Dat was een goede ervaring, behalve in San Diego kon ik me telkens kwalificeren voor de finale. Nu weten de teams dat ik beschikbaar ben als ze op zoek zijn naar een invaller. We zien wel wat er van komt.”
Sinds begin vorig jaar ben je aan de slag met MX California dat reizen organiseert voor crossliefhebbers. Kan je daar wat meer over vertellen?
Do: “Met MX California richt ik me op rijders en hun familie die naar Californië willen komen om te profiteren van het goede weer. Ze kunnen Californië -het hart van de Amerikaanse SX en MX- ontdekken en rijden op de mooiste banen, tegelijk kunnen ze ook zelf eens naar een Supercross of zoals laatst de Monster Energy Cup gaan kijken. Milestone, Pala, Perris, Cahuilla Creek en Glen Helen zijn van onze uitvalsbasis allemaal dichtbij. We bieden onze klanten onderdak aan in een grote villa in Menifee. We hebben daar een garage met 14 motoren ter beschikking van onze gasten. Vroeg boeken is de boodschap want het loopt als een trein! Voor 2020 zijn we al zo goed als volgeboekt.”
Wie in Nederland of België woont, kan alleen maar dromen van de weersomstandigheden die je in het zuiden van Frankrijk hebt. Wat is dan het verschil tussen een voorbereiding in Californië of wat je thuis zou doen?
Do: “Het is zeker niet slecht maar sinds ik hier ben voor MX California probeer ik ook zoveel mogelijk hier te trainen. Behalve het goede weer en de goede trainingscircuits heb je ook een hoog niveau van rijders op training. Daar wil ik zoveel mogelijk van profiteren.”
We hebben je ook in wedstrijden al op de 450 gezien, van waar het switchen tussen de MX2 en MX1?
Do: “Klopt, nu en dan stap ik eens op een 450. Maar dat is eerder voor de fun. Vorig jaar deed ik één wedstrijd op de SR Honda Motoblouz dit seizoen heb het Pro Hexis Supercross kampioenschap in de SX1 gereden maar ik deed de SX Tour op een 250. Eigenlijk zijn die twee kampioenschappen heel gelijkaardig maar voor de sponsors is het Franse kampioenschap Supercross, de SX Tour dus, veruit het belangrijkst en daarin sta ik nog steeds aan de leiding. Het idee van de wedstrijden op de 450 was vooral om ervaring op te doen en me te meten met betere en snellere rijders. Oké, de resultaten hadden beter kunnen zijn en toch is het op zich meegevallen en heb ik veel geleerd.”
Brengt die ervaring op een 450 jou iets bij als je weer op een lichtere motor stapt?
Do: “Uiteraard is het allemaal wat makkelijker als je terug op een lichtere machine komt. Een 450 is krachtiger en wat minder wendbaar daardoor heb je het gevoel dat je op een fiets stapt als je waar naar de MX2 gaat. De motor is lichter, en minder krachtig. Je kan overal vol op het gas en oké hij trekt minder maar ik kan me wel goed aanpassen. Andersom is dat toch altijd veel moeilijker om na een lange tijd op een kwartliter weer op een 450 te rijden. Zeker in de supercross moet je goed de afstanden tussen de verschillende obstakels inschatten.”
De afgelopen twee jaar met drie verschillende merken gereden. Je bent van de Honda op de KTM gestapt en vervolgens naar de Suzuki. Voor de meeste rijders is het niet evident om te wennen aan een nieuwe motor. Geldt dat ook voor jou?
Do: “Eerlijk gezegd vind ik het geweldig. Je ontdekt iets nieuw, alles staat in het nieuw van de motor tot de uitrusting. Dat is telkens iets om naar uit te kijken. Nu zit ik echter goed met JPM Racing en dus blijf ik ook in 2020 op Suzuki. Ik voel me prima in het team en ook het programma zal hetzelfde zijn met de Franse SX wedstrijden. In de SX Tour zal ik weer in de MX2 klasse rijden wat het wordt in de Pro Hexis weet ik nog niet.”
Meestal zijn de Franse rijders die zich op een Supercrosscarrière richten wat ouder. Het lijkt er echter op dat jij voluit voor SX hebt gekozen?
Do: “Dat is zo. Toch heb ik zowel in motorcross als supercross succes geboekt. Ik heb 7 Franse titels op mijn naam staan. In de 85cc stond ik op het podium van het Junior WK samen met Pauls Jonass en de Amerikaan Chase Bell. Gedurende twee jaar heb ik me helemaal toegelegd op supercross en terugkeren naar MX is daarna niet zo simpel meer! Alles aan SX spreekt me aan: de show, de sfeer in het stadion, de manier waarop de circuits zijn geprepareerd.”
Voor jouw wintervoorbereiding in de VS doe je ook een beroep op jouw coach Bruno Losito (ex. coach van o.a. Brian Moreau, Dylan Ferrandis en Livia Lancelot). Wat heeft hij jou bijgebracht?
Do: “Zijn belangrijkste bijdrage is de structuur van mijn fysieke trainingen. Voordien werkte ik ook mijn motortrainingen af en ging ik ook lopen en fietsen. Wanneer moet je werken, op welke dagen neem je rust om op je best te zijn voor de wedstrijden. Dat werkt echt super. Onze verstandhouding is prima, en op wedstrijddagen zelf helpt hij bijvoorbeeld met massages.”
Eigenlijk was je letterlijk in de wieg gelegd voor een carrière als motorsporter. Heb je ooit andere sporten beoefend?
Do: “Voor mij was het inderdaad heel natuurlijk dat ik op een motor stapte. Mijn beide ouders deden aan competitie, mijn ma heeft nog meegedaan aan de Trophée Andros ijsraces, mijn vader deed enduro. Ook mijn grootouders waren gebeten door de microbe! Maar toch was het mijn eigen keuze. Ik heb een broer die anderhalf jaar jonger is, hij is gepassioneerd door informatica.”
Waar zouden mensen van opkijken als ze Thomas Do door de week zouden bezig zien?
Do: “Al de organisatie die er bij komt kijken om tegelijkertijd MX California te leiden en professioneel rijder te zijn. Voor MX California moet ik reclame maken om nieuwe klanten aan te trekken, ik moet met de bestaande klanten communiceren om hun reis voor te bereiden en ik breng veel tijd met mijn gasten door eens ze ter plaatse zijn. Tussendoor moet ik natuurlijk gewoon trainen. Sommige dagen is dat best zwaar, soms zit het mee, soms zit het tegen. Uiteindelijk mag ik natuurlijk niet klagen, want het is mijn droom om in dit milieu te leven en te werken! Veel mensen hebben de indruk dat ik gesloten ben maar niets is minder waar. Ik hou er van om ook met de fans te praten, stilaan trek ik me ook beter uit de slag in het Engels.”
Jouw keuze om als jonge rijder een eigen zaak te beginnen tijdens jouw actieve carrière viel in het begin niet overal in goede aarde.Do: “Dat is zo. Veel mensen begrepen het niet dat ik mijn familie achterliet in Frankrijk of ze dachten dat ik het opgaf als professioneel piloot. Die reactie was er van verschillende mensen waaronder sponsors. De kritiek was dat ik me niet meer 100% zou geven voor mijn sport. Daardoor keken veel mensen met argusogen naar wat ik deed. Nu begrijpen mensen dat als ik iets doe dat ik er helemaal voor ga. Zowel wat betreft mijn carrière als piloot als mijn job met MX California geef ik het beste van mezelf.”
Tekst: Tom Jacobs
Foto’s: MX July/Kevin François, Florent Lamour, MX California