Crossmotoren zijn tegenwoordig uitgerust met injectie en dus ook met een stuureenheid of ECU. Dat gekleurd doosje onder je zadel wordt door de motorfabrikant geleverd met een aantal mogelijke mappings waaruit je kan selecteren. In sommige gevallen switch je van mapping door een stekkertje te versteken waar andere merken dit doen via een app op de smartphone.
Door een aftermarket ECU te plaatsen veranderd dat doosje in een soort van toverdoos. De mogelijkheden worden plots veel talrijker en u begrijpt dat de motorkarakteristiek helemaal naar uw wensen kan worden aangepast. Maar waar halen die ECU’s die extra mogelijkheden vandaan?
Elke motorfabrikant levert uw crosser af met een zogenaamde ‘globale instelling’. De fabrikant zorgt zo ervoor dat de crossmotor wereldwijd werkt op elke hoogte, op elk terrein, in elke temperatuur en in elk klimaat. Bovendien houd deze globale afstelling rekening met de kwaliteit van de brandstof want die is niet overal dezelfde. Daarbovenop moet er ook nog rekening gehouden worden met verschillende wetgevingen rond de emissienormen. U begrijpt dat deze globale afstelling een gemiddelde is en nooit alle power uit uw crosser haalt.
Door deze globale instelling aan te passen kan er heel wat positiefs bereikt worden. In onderstaande video zie hoe met een aftermarket ECU (in dit geval van Vortex) winst wordt behaald in vermogen en trekkracht. De crossmotor kan ook aangepast worden naar uw wensen door b.v. het vermogen meer onderaan of bovenaan het toerentalbereik te situeren. Kijk hier hoe een flinke klad bits en bytes u crossmotor sneller maakt!
