Toen Jeremy Van Horebeek (31) werd aangekondigd als kopman voor het gloednieuwe Beta SDM Corse fabrieksteam gingen veel wenkbrauwen naar omhoog. Endurospecialist Beta in de MXGP? The Jerre liet met mooie resultaten in de Italiaanse internazionali echter zien dat de RX450 onder een gunstig gesternte is geboren.
Na twee wedstrijden staat de Brabantse Limburger gedeeld derde in de MX1 en vierde in de zogenaamde Supercampionato. Bij Beta zijn ze begrijpelijk in de wolken. Voor Jeremy is dat niets nieuws want sinds de geboorte van zijn twee zoontjes, Nyo en Jaxen, lacht het leven hem toe. Hoog tijd dus voor een interview met de ex-MX of Nations kampioen!
In hoeverre hij heeft het vaderschap jouw leven als sportman veranderd?
Jeremy Van Horebeek: “Dat is toch het mooiste wat er is, kinderen krijgen. Ook moet ik zeggen dat het heel goed meevalt. Ze zijn héél flink, ze slapen al door een zorgen voor weinig last! Het is niet zo zwaar als ik verwacht had. Motorcross is nog steeds mijn leven, ik rijd heel graag en de kinderen motiveren mij nu nog meer. Dat is alleen maar positief!”
En jullie kregen meteen een tweeling?
Van Horebeek: “Dat klopt maar het voordeel is dat ze in hetzelfde ritme zitten. Meestal gaan ze rond 11:00 uur slapen, wat ook voor mij goed uitkomt omdat het mijn laatste bedtijd is. Dan slapen ze goed door tot ongeveer 8:30 uur waardoor je ook met een frisse kop de dag kan beginnen!”
Speelde dat vaderschap een rol in jouw beslissing of je verder zou gaan als professioneel rijder?
Van Horebeek: “Nadat ik wist dat ik zou stoppen bij SR Honda was ik niet meteen op zoek naar iets anders. Voor mij was het allemaal goed geweest. Op zich moest het eigenlijk niet want er is ook nog een leven na de cross. Zeker als je ziet hoe het er in sommige teams aan toegaat wat betreft het aantrekken van rijders… Dat is toch een beetje belachelijk in mijn ogen. Onverwachts kreeg ik dan een telefoontje van Beta waarbij ik tegen mezelf zei dat ik het wel eerst zou proberen. Dan ben ik gaan testen met hun MX prototype, en de eerste indruk was meteen positief. Ook de voorwaarden waren goed, wat het twee keer positief maakte! Toch gaf het financiële zeker niet de doorslag. Dat had ik ook vooraf al voor mezelf beslist. Als de motor niet zou voldoen of er zou geen toekomst zitten in het project dan hoeft het voor mij niet. Maar ik zie zeker heel veel toekomst in het Beta MXGP project. Zelfs op de enkele maanden dat de nieuwe motor er is, hebben ze veel progressie geboekt.”
Welke referentie heb je gebruikt om de motor te vergelijken?
Van Horebeek: “De laatste twee jaar reed ik met een Honda dat was dus mijn vergelijkingspunt. Op zich stuur ik veel makkelijker met de Beta. Ook het frame presteert veel beter dan dat van een oude Honda. Met de nieuwe CRF450R heb ik nooit gereden dus dat kan ik niet vergelijken. Maar qua handelbaarheid is het toch dag en nacht verschil met mijn oude Honda. Echt zot hoe anders dat aanvoelt! Qua motorblok hebben ze geen ervaring in motorcross dus dat is allemaal nieuw. Dat is nog wat zoeken, maar de basis is héél goed. Het voornaamste werk. zijn nu onze starts, daar zal veel van afhangen. Maar verder ziet het er nu al super uit eigenlijk.”
Dan is het waarschijnlijk een geluk bij een ongeluk voor jullie dat het GP seizoen later begint. Op die manier krijgen jullie meer tijd om alles op punt te stellen.
Van Horebeek: “Voor ons is dat inderdaad perfect. We hebben onze voorbereiding afgewerkt in Sardinië en we besloten om ook de wedstrijden van het Italiaans kampioenschap mee te pakken. Niet met de bedoeling om meteen te presteren maar wel om belangrijke informatie te vergaren. Zoals je zegt hebben we door de aanpassingen in de kalender ook meer tijd om verder te ontwikkelen in de aanloop naar de eerste GP.”
Het lijkt erop dat Beta de geknipte rijder in jou de geknipte rijder heeft gevonden voor dit project. Iemand met naam en ervaring, die nog sterke resultaten kan neerzetten, maar ook technisch gezien input kan leveren.
Van Horebeek: “Ik kan het gevoel best vergelijken met het Yamaha Rinaldi team. Een heel familiaal gevoel dus. Ook met Fabrizio Dini, de enduro-teammanager, klikt het erg goed. Hij heeft vroeger WK motorcross gereden en weet dus waarover we praten. Dat voelt heel goed aan en iedereen is super gemotiveerd. Ook de CEO van Beta, Lapo Bianchi, is heel bescheiden en toegankelijk. Bij Beta gaat ook de communicatie erg snel. Uiteindelijk sta je maar met drie mensen in contact. Het is niet zoals bij een grote fabriek, waar je aan 100 mensen iets moet vragen om iets gedaan te krijgen. Alle lijnen lopen dus rechtstreeks, en ook alles wordt zelf in de fabriek in Italië gemaakt. In dat opzicht is het ook écht een fabrieksteam. Niets vanwaar wij mee bezig zijn is op dit moment al te koop, het is puur prototype. Dat vind ik wel heel mooi om mee te maken, om hier mijn steentje aan bij te dragen. Ik heb een contract van twee jaar getekend, al denk ik dat ook mijn laatste twee jaar zullen zijn. Ik wil hier nog twee jaar al mijn energie in stoppen daarna is er een ander leven dat op me wacht.”
Als fabrieksrijder was jij een vaste waarde in de top vijf, ook de laatste twee seizoenen kom je nog sterk voor de dag als de beste privérijder in het WK. Qua resultaten zal je met een volledig nieuwe motor je verwachtingen moeten bijstellen?
Van Horebeek: “Ik weet dat het tijd zal vergen vooraleer alles op punt staat. Maar de basis is absoluut niet slecht. Ik denk dat heel veel mensen aangenaam verrast zullen zijn. Zoals ik al zei valt het nog af te wachten hoe performant we in de start zullen zijn. Maar qua rijden is het nu al heel goed. Ik ken natuurlijk ook mijn eigen sportieve waarde. Op dit moment is dat gewoon de top-10 in de MXGP. De voorbije jaren waren er telkens zò veel snelle rijders! Oké, met Clément Desalle en Gautier Paulin die zijn gestopt, zijn er twee toppers minder maar daar komen weer anderen voor in de plaats. Zelf heb ik niets meer te bewijzen, al weet ik wel dat ik met een goede start en met mijn niveau sowieso de top-5 kan halen. Het is duidelijk dat ik afhankelijk ben van de evolutie van de motor. Maar daar heb ik geen schrik van.”
Klopt het dat er mensen bij dit project betrokken zijn die je nog kende van jouw periode bij Rinaldi?
Van Horebeek: “Nee eigenlijk niet, je kan het echter wel vergelijken qua mentaliteit. Chipa, die vroeger mijn monteur was bij Rinaldi, is wel een goede vriend van Fabrizio Dini. Dat heeft alles misschien wat makkelijker gemaakt. De basis komt natuurlijk van Beta. Aan de andere kant zijn er wel leveranciers die me gevolgd zijn. Zoals Kayaba voor de veringen en HGS voor de uitlaten. En zo zijn er nog enkele partners. Dat is heel fijn om te horen dat er nog mensen willen meewerken aan dit project!”
Was Beta voordien al op een of andere manier op jouw radar gekomen door hun sterke prestaties in de enduro?
Van Horebeek: “Nee eigenlijk niet. De voorbije maanden was ik totaal niet bezig met motorcross. Het eerste contact kwam tot stand via SDM Corse. Het gaat ook om een echt fabrieksteam maar bij Beta had de tijd niet om alles zelf uit te voeren. En dit was een ideale combinatie, want SDM Corse had wel de structuur, de monteurs en de ervaringen in de motorcross.”
Ben je het afstellen en het ontwikkelen van een motor door de jaren heen meer gaan appreciëren of was dat altijd al jouw ding?
Van Horebeek: “Eigenlijk is de afstelling van de motor het belangrijkste werk van het hele jaar. In het verleden hebben we bij Rinaldi soms fouten gemaakt. Alles leek goed te gaan in de winterperiode tot je op de eerste GP komt. Dan bleek dat we totaal in de verkeerde richting hadden gewerkt. Daarom ben ik er inderdaad erg op gefocust, maar je moet er ook de middelen toe hebben. De afgelopen twee jaar waren er op dat vlak enorme beperkingen bij SR Honda. Het was heel duidelijk waarmee we het moesten doen en dat was het dan ook. De ruimte voor ontwikkeling was erg beperkt. Die zijn eigenlijk geen limieten, je zit aan de bron bij de fabriek zelf. Bij Beta zijn zich bewust van de kosten en daar wordt niet moeilijk over gedaan. Zo hebben ze bijvoorbeeld een aanpassing aan de motor gedaan met een speciaal stuk. Dat wel van belang was voor enduro maar niet van toepassing in motorcross. Dat hebben ze zelf gemaakt met een CNC machine. Natuurlijk is dat een groot verschil tussen een privéteam en ’n fabrieks structuur. Als rijder is dat natuurlijk ook leuk. Je hebt het maar te vragen en in de mate dat het mogelijk is wordt het ook uitgevoerd.”
Merkte je die gedrevenheid al bij jouw tweede testsessie met de wijzigingen die waren uitgevoerd op basis van jouw feedback?
Van Horebeek: “Ja, jazeker. De evolutie van de eerste naar de tweede motor waren geen kleine stapjes, integendeel. De basis was dan ook eerder simpel, gebaseerd op hun ervaringen van de enduro. Als je ziet waar ze ondertussen staan, is dat best indrukwekkend. Met nog enkele kleine stapjes ziet het er zelfs héél goed uit. De grootste uitdaging is ongetwijfeld elektronica. Daar hebben ze nog geen ervaring mee en dat is tegenwoordig echt een must in de MXGP. We moeten dus zeker nog verder ontwikkelen en zoeken.”
Is het blok van de crossmotor afgeleid van de enduro?
Van Horebeek: “Nee toch niet, want Beta had helemaal geen 450cc motor. Ze hadden wel al een 430cc en een 480cc. Die 450cc heeft Beta dus volledig vanaf nul moeten maken. Ook het chassis is een nieuwe ontwikkeling. Alleen het plastic en de benzinetank komen van de enduro, al de rest is prototype. Waar we voorlopig nog mee rijden, is zeker niet de motor waarmee we GP’s gaan rijden.”
Een fabrieksmotor is niet altijd per definitie beter. In jouw interview op Gatedrop gaf je aan dat er voor het seizoen 2014 qua rijders weinig belangstelling was voor de Yamaha fabrieksmotor in de MXGP. De resultaten van Frossard en Roelants waren in 2013 immers teleurstellend, waardoor veel rijders terughoudend waren.
Van Horebeek: “Klopt, verschillende rijders waren niet happig om naar Yamaha te gaan. Omdat de vorige motor zo slecht was en voor 2014 om een nieuwe motor ging. Voor mij voelde het echter meteen goed aan. Bij een fabrieksteam voel je dan wel steeds de druk om te presteren. De sfeer is dus leuker in een privéteam maar achteraf bekeken klopt dat ook weer niet helemaal. Want je komt er snel achter dat het niet mogelijk is om bepaalde dingen te veranderen in een privéteam. Nu zit ik in een aangename positie. Alles mag en niets moet op dit moment. Je kan ook niet verwachten dat een motor waar ze amper vijf maanden geleden aan begonnen nu al helemaal klaar is. Dat is onmogelijk, dat weten ze ook bij Beta. Dankzij mijn ervaring gaat het echter sneller dan ze verwacht hadden.”
Hoe is jouw Italiaans trouwens?
Van Horebeek: “Best goed eigenlijk. Ik versta zowat alles wat er gezegd wordt. Het lukt ook wel redelijk goed om mezelf uit te drukken. Ik had al veel geleerd van mijn periode bij Michele Rinaldi, dat was een beetje verwaterd maar nu pik ik de draad weer op. Dat is ook een leuk aspect want de communicatie is toch anders dan in het Engels of het Frans…. Ook het vaderschap bevalt me enorm. Ik kan het niet anders zeggen, mijn leven is heel chill nu. Als je kan doen wat je graag doet. Je bent er voor betaald en je hebt een gezin. Dat is gewoon ideaal! Het is de bedoeling dat de kindjes zoveel mogelijk meegaan naar de wedstrijden. Ze gaan gelukkig heel goed om met het reizen en het zijn goede slapers. Om ze op een pad te zetten als motorcrosser ziet ik echter niet zitten. Daar zie ik niet veel toekomst in voor hen. Ik zou ze toch liever iets anders zien doen. Natuurlijk wil ik graag dat ze wel succesvol zijn maar dat is allemaal nog erg vroeg nu, om te weten welke richting zij uitgaan.”
Sommige evoluties, waaronder het sluiten van circuits zijn zeker niet positief. Je haalde eerder al de financiële situatie in het WK motorcross aan. Maar het lijkt erop dat je een aantal zaken van jou hebt afgezet. Omdat je ze toch niet kan veranderen?
Van Horebeek: “Ik ben daar allemaal niet meer mee bezig. Ik cross graag, dat doe ik het liefst. Alle negativiteit die rond de sport hangt… Daar sta ik heel neutraal tegenover. Ik weet dat motorcross kapot is in België, maar het is gewoon zo. Daar ben ik echt niet mee bezig. Het schiet niet op om daar energie in te steken. Daarom is het voor mij ook geen goed idee om mijn kinderen te laten crossen. Wat gaan zij daar nog aan hebben? Terwijl je positief moet blijven en daartegen moet vechten. Maar wat zal het opleveren? Niks volgens mij. Ik ben ook al wat ouder, in november word ik 32. In de crosswereld ben ik dan ook niet van de jongste. Voor de nieuwe generatie ligt dat anders. Maar hoe zit de sport eruit als mijn zonen 15 zijn en ze er moeten staan? Wat stelt motorcross dan nog voor? Die vraag stel ik me zeker. Ook de coronapandemie is zo’n bron van negativiteit. Maar je daarin op te jagen zet toch geen zoden aan de dijk.”
De CEO van Beta is zelf ingenieur en nauw betrokken bij dit motorcrossproject. Hoe is dat anders dan een topmanager van bijvoorbeeld een Japanse fabrikant?
Van Horebeek: “Je merkt de passie, en het is ook een familiebedrijf dat generatie op generatie verder gaat. Lapo is zo gemotiveerd om dit project te laten slagen dat ze ook bereid zijn om te investeren. Beta draait bovendien ook erg goed. Ze verkopen zo goed in de enduro dat ze amper kunnen volgen met leveren. Dat is alleen maar positief voor ons. Beta kijkt trouwens ook verder want ze willen zelfs graag een team in de VS. Dan weet je in ieder geval dat je enkele jaren zal moeten investeren om vast te stellen of het werkt of niet. Vroeger was Beta overigens leverancier van KTM. Nadien zijn hun wegen gesplitst maar ze weten dus perfect hoe de vork in de steel zit. In de omgang is Lapo heel gemoedelijk, als ik met hem praat lijkt het alsof ik hem al 20 jaar ken. Dat is het zelfde familiale gevoel dat ik had bij Michele Rinaldi. Ik zit hier goed!”
Bedankt voor jouw tijd Jeremy, veel succes!
Van Horebeek: “Graag gedaan, tot later.”
Tekst: Tom Jacobs
Foto’s: Betamotor/Davide Messora/IG Jeremy Van Horebeek