Het gaat goed met ‘The bomb’ dank u. Niet vanzelfsprekend, want de tweevoudige wereldkampioen kende een rampzalig 2009 seizoen. Nota bene nadat hij in 2008 afgeremd was door allerlei fysiek ongemak. Steve Ramon klinkt en oogt echter fris. MXM ging poolshoogte nemen bij de West-Vlaamse stylist nét voor zijn trainingsstage in Portugal.
Jouw laatste exploot in competitie was een overwinning in de ‘Ronde des Sables’ strandrace pas enkele weken geleden. Zo lijkt het wel of je gewoon verder bent blijven trainen na het seizoen. Je hebt ten slotte ook lang stil gelegen?
Steve Ramon: Die indruk klopt toch niet hoor. Ik heb wel degelijk een rustperiode ingebouwd. De strandrace in Loon-Plage was just for fun tijdens mijn rust. Als je echt top wil zijn in zo’n zware wedstrijd moet je wel degelijk goed voorbereid zijn. In Loon lag het niveau ook niet zo hoog, maar in Berck was ik in oktober derde. Maar daar stond dan weer een sterk deelnemersveld aan de start. Ik vind die strandraces in ieder geval heel tof om te doen. Jammer dat de Red Bull Kockout in Scheveningen er niet meer is.
Is al het testwerk ondertussen achter de rug?
Steve Ramon: Ik heb wat dingetjes getest ja, maar de veranderingen voor 2010 zijn zeker niet immens. De Suzuki voelt goed aan en ik weet wat ik heb aan de motor en het team. We zijn op elkaar ingespeeld, voor mij was die zekerheid ook een belangrijke factor in de transferperiode.
Volgens “radio paddock” rijd jij volgend jaar wel met een iets ander statuut. Clément Desalle en Ken Roczen zouden de enige Suzuki fabrieksrijders zijn. En Steve Ramon zou ondersteund worden door Suzuki Duitsland met materiaal dat iets anders is dan dat van Desalle?
Steve Ramon: (lacht) Als dat zo zou zijn, had ik er toch al iets over gehoord! Die geruchten zijn pure onzin. Wat betreft mijn situatie binnen het team blijft alles bij het oude.
Het duurde wel lang voor alles in kannen en kruiken was met Suzuki?
Steve Ramon: Inderdaad, maar het lag ook allemaal erg moeilijk. Dat was voor elke rijder die op zoek was zo. Ik heb ook moeten inleveren. Niet alleen qua loon, persoonlijke sponsors, materiaal, noem maar op. Het is allemaal wat minder. Mij ga je echter niet horen klagen. Je hebt vette jaren en magere jaren. That’s life…
Nochtans reed je een knap seizoensslot, daarmee kom je dan toch sterker aan de onderhandelingstafel?
Steve Ramon: Eigenlijk is dat meer een persoonlijk voldoening want op dat moment is die impact van sterke resultaten toch beperkt. Het feit is vooral dat je –weliswaar wegens een blessure- weinig kan voorleggen in het voorbije seizoen. Punt uit. Dan is al de rest bijkomstig. Iedereen moet zich blijven bewijzen of je nu twee wereldtitels hebt of geen enkele! Ik ben wel blij dat ik heb getoond dat ze volgend jaar nog rekening met mij zullen moeten houden. Ik ben nog lang niet afgeschreven.
Er was veel enthousiasme in het Belgische MXoN team, maar het eindresultaat viel tegen. Er had meer ingezeten dan die derde plek?
Steve Ramon: Zoiets, maar we zijn voluit voor onze kans gegaan. En het geluk stond zeker niet aan onze zijde dit jaar. Maar goed ook Frankrijk had meer verdiend, dat is nu éénmaal de MXoN. Over mijn prestatie was ik redelijk tevreden. Alleen jammer van die crash in de eerste reeks. Een zevende plaats was onvoldoende. Die tweede reeks (noot: Ramon werd 2e na Dungey) was wel oké. De sfeer in het team was in ieder geval goed en dat is tijdens zo’n weekend heel belangrijk. Je moet voor elkaar knokken en er het beste van maken wat de omstandigheden ook zijn.
Je kon in het kader van ‘Team Belgium’ ook kennis maken met je toekomstige teammaat bij Suzuki: Clément Desalle. Niet bepaald iemand met een makkelijk karakter?
Steve Ramon: Eigenlijk heb ik nog niet zoveel contact gehad met Desalle. We hebben nog niet samen getraind of zo, dus ik ken hem allen van tijdens de wedstrijden. Ik heb geen problemen met Clément, tot nu toe. (haalt de schouders op) En zijn agressieve lijnen op het circuit… tja dat is zijn stijl hé.
Tram drie staat voor de deur (Ramon wordt op 29 december dertig) dat betekent dat de jonge hemelbestormer van vroeger nu zelf wordt opgejaagd door jong talent. Hoe bevalt dat?
Steve Ramon: Ik kan er wel vrede mee nemen. Je weet dat die jonge garde er aan komt en ze is er trouwens al. Kijk maar naar Cairoli. Voor me zelf is er eigenlijk weinig veranderd. Ik voel me goed, de motivatie is er nog steeds. Ik ga elke dag nog altijd met evenveel zin trainen. Natuurlijk wordt het jaar na jaar een stukje moeilijker. Er komen steeds snelle, jonge rijders bij, maar dat houdt iedereen scherp.
Hoe lang ga je nog door?
Steve Ramon: Dat is op dit moment moeilijk in te schatten omdat het van zoveel factoren afhangt. Zoals het nu lekker loopt, zeg ik dan 3 of 4 jaar. Ik ben gezond en ik doe het heel graag, dus waarom niet. Aan de andere kant, weet je natuurlijk nooit wat er komen gaat. Stel je voor dat ik net zo’n blessure krijg als dit jaar, tja dan ga je wel eens nadenken natuurlijk… Totnogtoe is mijn carrière uitstekend verlopen en heb ik altijd netjes mijn seizoen kunnen afmaken. Daar prijs ik mezelf gelukkig mee. Je mag niet vergeten dat ik 8 jaar niet uit de top-4 ben geweest! Dat kan alleen maar als je stelselmatig hard werk en natuurlijk heb je een tikkeltje geluk nodig.
Zien we in 2010 weer de vertrouwde ’11’ op je nummerbord? Met welke uitrusting ga je rijden?
Steve Ramon: Ja, ik rijd weer met ’11’ daar hoef ik niets meer voor te doen. Sinds ze de career numbers hebben ingevoerd is de 11 van mij. Ik moet er niet speciaal naar vragen! Volgend jaar ga ik niet alleen de kledij van Axo dragen maar ook hun laarzen. Mijn andere sponsors worden dan binnenkort bekend gemaakt.
Credit foto’s: rutgerpauw.com/Red Bull Photofiles, CDS & Ray Archer