Rockstar Energy Husqvarna Factory Racing’s support rijder Yentel Martens trok enkele weken terug naar de beroemdste strandrace van Zuid-Amerika: de Enduro del Verano in Argentinië. Een onvergetelijke ervaring maar Yentel liep er ook een kniekwetsuur op. De schade valt gelukkig mee.
Een scheur in de kruisband van de linkerknie, zo luidde het verdict na de Enduro del Verano. Tot een operatie kwam het echter niet want de versterkende oefeningen wierpen hun vruchten af. “Ik had al eerder het licht op groen gekregen om terug te beginnen rijden omdat de knie stabiel genoeg is. Gisteren heeft Dr. Claes dan nog het vocht uit de knie getrokken. Natuurlijk ben ik heel blij dat ik niet opnieuw onder het mes moet!”
Yentel Martens kijkt wel positief terug op zijn Argentijnse avontuur. “Eigenlijk is het de mooiste wedstrijd die ik ooit heb meegedaan! De mensen zijn er heel vriendelijk, de terreinen om te rijden zijn er fantastisch en er zijn ontzettend veel off-road rijders in Argentinië. Een beetje het beloofde land dus,” legt Martens uit. De Lommelse strandracer mag ook volgend jaar terugkomen, een uitdaging die Yentel helemaal ziet zitten.
“Het zand kan je nergens anders mee vergelijken, tenzij met Lommel in de zomer als het echt pap is! Omdat de omloop zo breed is, heeft de Enduro del Verano ook niets te zien met een strandrace of motorcross. Het is meer zoals een woestijnrace. Alles afmaken is onmogelijk dus heb je palen waar je rond moet en ijzeren lint. Op sommige plaatsen is het ‘parcours’ meer dan 50 meter breed.”
Ook Adrien Van Beveren is een graag geziene gast voor de Enduro del Verano en de wedstrijd geniet in de regio veel bekendheid. Bij aankomst op de luchthaven deed de douane eerst lastig over de vering die Martens bij had. Toen bleek dat hij deelnam aan de Enduro del Verano was er geen probleem. “Iedereen kent die wedstrijd! Na mijn verplichte pauze heb ik sowieso veel zin om te rijden. Normaal sta ik elk weekend wel ergens aan de start de komende maanden. Ik rij enkele internationale wedstrijden in Frankrijk, maar ik zal zeker ook veel in eigen land rijden.”
Foto’s: Tukutafotos