X

Code 111: de Jeffrey Herlings column

De vorige column is alweer een hééééél poosje geleden, maar dat mag de pret niet drukken! Integendeel zelfs. De voorbije weken en maanden waren heel druk. Nu het wat rustiger is, maak ik ook even van de gelegenheid gebruik om jullie via deze weg bij te praten over de gang van zaken. Al helpt het natuurlijk ook als je af en toe eens langs gaat op mijn site!

De eerste vijf GP’s waren eigenlijk té goed om waar te zijn. Zeker mijn GP-zege in Valkenswaard was bijna onwezenlijk. Het leek wel té makkelijk! Ik reed op 80% zo naar twee klinkende manche-overwinningen. Alsof het niets voorstelde. Dat ik nooit op voorhand gedacht. Mijn GP-zege in Kegums (Letland) was heel wat anders. Daar moest ik echt hard knokken om te kunnen winnen want Ken (Roczen) kleefde aan mijn kont en Steven Frossard was er nog bij. En in de eerste manche waren we zelfs met vier. Toen was Marvin (Musquin) er nog bij. Dat was een veel moeilijkere GP-zege maar toch niet zo mooi als voor eigen publiek.

Het racen was héél close in Letlandn ondermeer met Ken Roczen. Jeffrey moest knokken voor elke meter, maar hij hield vol tot het eind.

Ondanks  die drie GP-wedstrijden op rij (Duistland-Letland-Zweden) aan het eind voelde en voel ik me opperbest. Niet vermoeid of zo. Die pauze is nu wel leuk, al had het voor mij net zo goed mogen doorgaan. Dat je niet hoeft te reizen is wel handig. Na Zweden heb ik vijf dagen rust genomen en sindsdien ben ik aan het werk voor de GP van Lommel. Na die vijf sterke GP’s aan het begin van het seizoen heb ik vervolgens drie heel slechte wedstrijden gereden: Amerika, Frankrijk en Teutschenthal. Toen heb ik me afgevraagd wat ik fout heb gedaan. Natuurlijk had ik net in die periode ook wat mechanische pech. Maar ik moet ook eerlijk toegeven dat ik niet de snelheid had  om met Marvin (Musquin) en zo mee te rijden. Op dat moment ben ik teruggegaan naar de aanpak waarmee ik het seizoen was begonnen. Dan heb ik het over de manier van trainen en de manier van leven. Allemaal dingen van mijn kant. Want het is niet zo dat we dan zijn gaan zoeken naar andere afstellingen voor de motor of iets dergelijks. En dat heeft gelukkig gerendeerd! Want amper een week later won ik de GP van Letland. Dat was een fantastisch gevoel na die lastige periode. Nu alles terug op de rails staat, hoop ik natuurlijk dat het zo blijft gaan. We hebben nog vijf GP’s voor de boeg en ik heb 29 punten achterstand op Frossard en Roczen. Dus alles is nog mogelijk. Bovendien komen er nog een aantal GP’s aan die me wel liggen zoals Lommel en Lierop. Van wat ik op TV heb gezien vond ik Brazilië ook heel cool. Loket en Italië zijn dan weer wat moeilijker, maar zeker in Lierop en Lommel zou ik toch weer voor de overwinning moeten meedoen.

Die dip die ik had was ook voor mezelf nogal moeilijk om te verklaren. Maar ik ben gewend om er heel hard voor te trainen en minder recuperatietrainingen te doen. Op een gegeven moment was dat tijdens het seizoen omgeslagen. Ik begon te veel recuperatietrainingen te doen en ik had het gevoel dat ik zomaar een beetje aan het rond rijden was. Hoe het komt weet ik niet, maar ik had weinig motivatie. Na die drie slechte GP’s was de motivatie dan weer helemaal terug. Ik wilde echt laten zien wat ik wel kon. En qua lopen en fietsen ben ik op training weer voluit gegaan. Gewoon knallen! Dat is voor mij beter, zo blijkt. Voor sommige lichamen is dat slechter en breek je dan alleen maar af als je te weinig recuperatie inlast. Voor mij is het dus andersom!

Sinds de vorige column heb ik ook een bijnaam gekregen: ‘The bullet’. Best gek is dat eigenlijk. Eerst vond ik het wel een beetje raar en een bijnaam die krijg je natuurlijk zomaar. Het overkomt je, en het kan goed zijn of slecht! Als ik op m’n best rij ben ik The Bullet en anders blijf ik in mijn geweer zitten hahaha.  Nee, serieus ik ben er wel tevreden mee. Wel lachen, voor hetzelfde geld was het zoiets al The Mullet. hahaha

De GP-zomerbreak is superleuk begonnen. Eerst was er de Zwarte Cross waar ik wéér de Gouden Helm heb gewonnen. En voor wie de Zwarte Cross niét kent is dat best moeilijk te beschrijven wat die Zwarte Cross nou precies is. De wedstrijd op zich trekt qua niveau op weinig in vergelijking met een GP dan. Maar het is wel héél mooi om mee te doen. Bijna 150.000 mensen waren daar, ook voor het muziekfestival natuurlijk. Toch stond er rond de baan misschien wel dubbel zoveel volk als de drukste GP. Dus ja da’s toch wel cool om daar te mogen rijden! Je ziet er natuurlijk wel heel andere toestanden dan wat je normaal tijdens een crosswedstrijd ziet. Sommige dingen zijn best aangenaam om te zien, mag ik wel zeggen. Ja heel veel mensen zijn daar natuurlijk dronken, maar er wordt nooit gevochten. En da’s toch mooi voor zo’n gigantische massa. Het is één grote feestboel en ondertussen is het uitgegroeid tot een van de grootste festivals van Nederland! En je kan er gewoon niet omheen in de media: radio, TV, iedereen is daar. Da’s ook wel leuk voor mij, want 90% van de mensen die komt kent geen bal van crossen en zo leren nieuwe mensen je kennen. En wie weet komen die mensen later nog eens naar een echte wedstrijd. Wat dat betreft is het gewoon een gave promotie. Kortom ik kan iedereen aanraden om volgend jaar naar de Zwarte Cross te gaan. En je ziet er ook nog eens veul mooie madammen! Zelfs de muziek schijnt de moeite te zijn.

Bijzonder was ook de Everts & Friends Charity race die deze week plaats vond in Genk in België. Ook daar heb ik gewonnen. Ik zou nu wel kunnen steuken: “Zo van wat stelt het allemaal voor” omdat het nu éénmaal een fun-event is. Toch vond ik het heel cool om Stefan Everts kloppen.  Het is Stefan zijn wedstrijd en om hem dan te kloppen is toch speciaal. En ook al is het dan voor het goede doel, ik eindig toch liever eerste dan derde! Nu het seizoen over de helft wordt er ook al druk gepraat en nagedacht over volgend jaar. In mijn geval blijf ik natuurlijk bij Red Bull-KTM. Het is ook al zeker dat ik nog niet naar Amerika ga om Supercross te rijden. Maar we zijn de planning nog aan het bekijken om in Australië om daar het Supercross-kampioenschap te doen dat in oktober, november en een stuk van december loopt. Dan zou ik na afloop nog mooi een maandje kunnen rusten om dan te beginnen voor het 2011 seizoen. Dat is dus een optie. Ik had op zich graag naar Amerika gewild maar stel je voor dat ik in april een blessure oploop dan is heel mijn GP-seizoen naar de maan. Terwijl de risico’s veel meer beperkt worden als je dan een blessure zou hebben in oktober of november. Dan heb je bij wijze van spreken nog zes maanden te revalideren.

Over kampioenschappen gesproken. Ik kan mezelf wel gelukkig prijzen dat ik het EK MX2 achter de rug heb want dat is toch een prima leerschool geweest voor het WK. Voor mij is het niet zo dat het GP seizoen heel anders aanvoelt. Het is ongeveer even zwaar. Alleen heb je in het WK ook nog eens twee overzeese GP’s. Vorig jaar waren die er niet. Daarnaast is het niveau in het WK natuurlijk hoger. Maar vorig jaar kreeg ik het in het EK ook niet cadeau. Ik moest altijd tot het uiterste gaan en ik heb ook niet zoveel gewonnen. Een viertal wedstrijden ofzo. Ik vind het tot nu toe dus wel meevallen in mijn eerste WK MX2 seizoen. Al mag ik nog niet te vroeg victorie kraaien want we hebben pas 2/3 achter de rug. Vorig jaar lag ik steeds in strijd met Christophe Charlier. Die heeft nu een moeilijk seizoen, maar ik zie hem volgend seizoen wel weer ver komen.

Zo dat was ‘m weer. Iedereen bedankt die de voorbije weken en maanden heeft gesupporterd of langs kwam voor een poster, of een handtekening. Ik hoop jullie massaal te mogen begroeten in Lommel. Tot dan.

Always wide open,

Jeffrey Herlings