X

Test Factory Husqvarna: wat een sensatie !

Speciaal voor u voelden wij de allerbeste Husqvarna’s ter wereld aan de tand. Hier is wat wat u moet onthouden.

Door Yente Dourte

Onder een stralende zon, op een schitterend circuit kreeg MXMag de kans om de fabrieksmotoren van Husqvarna te testen. De motoren van Max Nagl, Max Anstie, Thomas Covington en Christophe Charlier werden onder handen genomen door tal van journalisten op het zanderige circuit van Lommel.

Zes mecaniciens stonden ons op te wachten om er een onvergetelijke dag van te maken. We gingen meteen een kijkje nemen naar de motoren en het circuit. Ze zagen er zo mooi en afgewerkt uit dat ik er bijna niet mee durfde rijden! De ‘public relations’ manager Paolo Carrubba van Husqvarna sprak mij meteen aan. Hij stelde me voor aan de mecaniciens en liet me weten wanneer ik de motoren mocht testen. De testdag was duidelijk goed georganiseerd. Ik werd enorm vriendelijk onthaald, en kon overal terecht met mijn vragen.

Ik was enorm benieuwd. Je krijgt uiteraard niet elke dag de kans om fabrieksmotoren te testen. Ik werd nog nieuwsgieriger wanneer mij werd meegedeeld dat aan de setting van de motoren niets veranderd mocht worden! Hendels, het stuur, de rempedalen,… niets mocht verzet worden en niets was verwijderd van de motor na de laatste wedstrijd. Hierdoor maakten we op een indirecte manier kennis met de rijders zelf. We leerden de voorkeuren en rijstijl van de piloten beter kennen. Dit zorgde er bijvoorbeeld voor dat ik nu veel beter begrijp waarom Max Nagl de eerste ronden veel agressiever rijdt dan tijdens de rest van de wedstrijd.















Max ’The Expert’ Nagl – FC450

De eerste motor waarmee ik aan de slag ging was deze van Max Nagl. Wat me meteen opviel was één van de schakelaars op het stuur. Dit werd de ‘full power mapping’ genoemd. Deze instelling zorgt ervoor dat Max tijdens de eerste ronden van de wedstrijd veel agressiever te keer kan gaan op het circuit. Zelfs een topatleet als Max kan natuurlijk geen volledige wedstrijd aanvallen. Daarom vertelde zijn mecanicien mij al lachend dat hij na twee ronden altijd ‘MAP’ op het pitbord moet schrijven. Dit wil zeggen dat Max de schakelaar moet afzetten. Anders zou hij dat in de hitte van de strijd vergeten en rijdt hij zichzelf helemaal suf tijdens de eerste wedstrijdhelft.

Er werd ook veel gesproken over de ‘launch control’ met de mecanicien. Hierover wou hij echter niet zoveel kwijt. De ‘launch control’ zorgt ervoor dat de motor aan de start niet doordraait. Op een zanderige ondergrond als die van Lommel is hier weinig van te merken maar het is een ingenieus concept. Het rijden met de motor zelf vond ik verbazingwekkend. Ik ben een 250cc piloot en heb weinig ervaring met een 450cc.

Ondertussen kan ik u wel vertellen dat de motor van Max Nagl één van de gebruiksvriendelijkste 450cc motoren is van het MXGP peloton. Door de speciaal afgestelde CDI van Max heeft de motor een heel vloeiende en zachte curve. De mecanicien van Nagl wist mij ook te vertellen dat de voorvork 4cm korter werd gemaakt. Hiermee werd uitvoerig getest tijdens de winter en dat is duidelijk voelbaar. Ik heb het gevoel dat Max enorm veel ervaring heeft in het afstellen van zijn motor. Dat is volgens mij ook een must om te presteren zoals hij. Daarom heb ik de bijnaam ‘The Expert’ gegeven aan de motor van Max Nagl.

Max ‘The Beast’ Anstie – FC250

Max Anstie won de meeste ‘Fox holeshot’ awards dit jaar. Daarom wou ik per sé een paar keer starten met de motor. De motor heeft veel kracht en koppel met zijn prachtige, blauwe FMF uitlaat. Door het hoge koppel kon ik lang blijven rijden in dezelfde versnelling zonder vermogen te verliezen.

Max Anstie rijdt met ’13-51’ als tandwielen, dit wil dus zeggen dat ze de overbrengingsverhoudingen binnenin de versnellingen hebben veranderd. Wat er exact veranderd is werd aan ons niet meegedeeld. Na enkele ronden voelde ik me al redelijk vertrouwd met de motor waardoor ik enkele zaken kon uitproberen. De vering stond enorm goed afgesteld voor een rijder als ik. Ik hou van springen en liefst zo hoog en zo ver mogelijk. Deze motor liet dit allemaal toe! Tegelijkertijd kon ik enorm goed insturen. De “low en high speed” van de vering stonden perfect afgesteld. De FC250 van Max Anstie is voor mij een droommotor. Een perfecte verhouding tussen kracht en stabiliteit. Daarom heb ik hem ‘The Beast’ als bijnaam gegeven.

Thomas ‘The Precision’ Covington – FC250

Thomas Covington was even aanwezig op de testdag in Lommel. Hij kwam zijn teambaas, Jacky Martens, op de hoogte brengen van zijn blessure. Thomas is een kleine en magere jongen van 20 jaar met enorm veel techniek. Dit was meteen voelbaar tijdens het rijden. De motor reageerde enorm soepel en beweegbaar maar liep goed door. Thomas rijdt met ’13-50’ als tandwielen waardoor hij minder agressief uit de bochten kwam in vergelijking met de motor van Max Anstie.

Omdat ik groter en zwaarder ben dan Thomas, ondervond ik nadeel op zijn motor. Elke keer wanneer ik te ver sprong werd dit afgestraft en klapte de vering dicht. Waarom heb ik de bijnaam ‘The Precision’ gegeven? Wanneer je heel precies met de motor van Thomas Covington rijdt, is het een zalige motor. Dat merk je ook meteen op aan de stijl van Covington. Hij springt zelden te ver op een springberg, komt steeds mooi in de landing en probeert zoveel mogelijk zijn motor over de putten te liften of te springen.

Christophe ‘The Mustang’ Charlier – FC450

Dit was de typische motor die ik verwachtte van een rijder als Charlier. Ik merkte meteen dat de curve van de CDI volledig anders loopt in vergelijking met de curve van Max Nagl. De twee rijders zijn gestart vanuit dezelfde fabriekssetting maar beiden hebben die volgens hun eigen eisen aangepast. Wat ze wel gemeenschappelijk hebben is een Brembo remsysteem waar ik enorm van onder de indruk was. Ik kon met veel meer gevoel remmen dankzij  dit vernuftig remsysteem.

De motor van Charlier is, net zoals een ‘Mustang’, agressief en snel. Christophe Charlier is een piloot die meer in hoge toeren rijdt waardoor de motor in hoge toeren blijft versnellen. Christophe Charlier heeft duidelijk een agressievere rijstijl. Hij komt enorm snel in de bochten en gaat dan vol in de remmen. Hij rijdt ook vaak in kombochten om zo zijn snelheid te minderen. Ik vond het persoonlijk moeilijk om de motor te gebruiken zoals Christophe. Ik ben de kracht van de 450cc nog niet zo goed gewend om er even agressief als Christophe mee aan de slag te gaan. Mijn voorkeur ging daarom uit naar de 450 van Max Nagl.

Dit was een leerrijke ervaring voor alle aanwezige journalisten. We hadden een onvergetelijke inkijk in het fabrieksteam. Nog fascinerender is het feit dat we hierdoor ook zelf heel wat hebben kunnen ontdekken wat alleen door een analyse van buiten af nooit zou kunnen. Hiervoor wil ik zeker en vast Husqvarna bedanken. Ook wil ik alle mecaniciens bedanken die gedurende de hele testdag voor ons klaarstonden.

 

Foto’s : Bavo Swijgers