Dat 2020 een revolutie betekende voor Gebben Van Venrooy Racing team, is een understatement van jewelste. Het team verruilde niet alleen Kawasaki voor Yamaha maar kwam ook voor het eerst uit met drie MXGP rijders. En wat voor een trio: Alessandro Lupino, Calvin Vlaanderen en Thomas Covington. Wij spraken met co-manager Ruud Van Venrooy.
Elk van de drie rijders verdiende reeds zijn sporen. Ze stonden allemaal al op een GP podium, Lupino heeft een junior wereldtitel achter zijn naam, Vlaanderen won de MX of Nations, Covington won voor zijn overstap naar de MXGP vier GP’s in de MX2
Ondanks die sterke line-up verliepen de eerste 2 GP’s niet bepaald van een leien dakje. Voor Gebben Van Venrooy Racing viel de verplichte Covid-19 pauze dan ook eerder gunstig qua timing. De break gaf het Nederlandse team de mogelijkheid om beter voorbereid de rest van het seizoen aan te vatten. Stof tot gesprek was er in ieder geval meer dan genoeg toen we contact opnamen met Ruud Van Venrooy.
Jullie reden al verschillende jaren met Kawasaki. Was het een moeilijke beslissing voor het team om over te stappen naar Yamaha?
Ruud Van Venrooy: “We hebben een aantal goede jaren met Kawasaki gehad en alles werkte goed, daarom was het inderdaad een moeilijke beslissing om over te stappen. Yamaha Nederland had ons de afgelopen jaren al een paar keer verteld dat we terug op blauw moesten stappen. Gebben Motoren is ten slotte de grootste Yamaha-dealer van Nederland. Vorig jaar hebben Yamaha Nederland en Yamaha Europe ons dan een mooi voorstel gedaan dat ons deed besluiten om over te stappen.”
De meeste teams kiezen bewust voor twee rijders. Jullie besloten voor 2020 om met drie rijders te starten. Was het moeilijk om dat plan rond te krijgen qua budget, logistiek enzovoort?
Van Venrooy: “In eerste instantie was het niet onze bedoeling om met drie rijders in de MXGP aan te treden. De kans om met Calvin in zee te gaan kwam naar voren omdat hij nog steeds geen plek had. Dat was natuurlijk bijzonder jammer, want hij was een top MX2-rijder en het is bovendien een Nederlander. We weten ook dat hij kan uitgroeien tot een goede MX1-rijder. Daarom hebben we samen met een aantal sponsors en Yamaha besloten om het te proberen.”
Iedereen die iets met het team te maken heeft, moet erg enthousiast geweest zijn. Het is uitzonderlijk dat een privé-team met zo’n sterke rijders kan aantreden?
Van Venrooy: “Net wat je zegt, zeker voor een privé-team is deze line-up heel bijzonder. Zowel wijzelf als team, iedereen die betrokken is als de sponsoren zijn er erg trots op onze drie rijders.”
Door een blessure trok Vlaanderen met weinig motoruren naar Matterley Basin toch was de snelheid op zich goed. Deze coronabreak moet voor hem dus wel positief uitpakken, want iedereen zal weer van nul beginnen.
Van Venrooy: “Calvin heeft inderdaad veel rijtijd gemist. Deze COVID-19 pauze gaf hem de tijd om weer vorm te komen. Dankzij meer uren op de motor wordt hij met de dag sterker.”
Ook Thomas Covington had weinig tijd op de motor. Eigenlijk zat hij in een soortgelijk scenario als Vlaanderen, toch?
Van Venrooy: “Thomas heeft wel nog een langere weg te gaan dan Calvin. Vergeet niet hij het volledige 2019 seizoen bijna helemaal gemist heeft. Deze pauze was goed voor hem om fysieke training te doen en ondertussen is hij weer gaan rijden. Natuurlijk is deze pauze zeker een pluspunt voor hem. Het geeft hem de gelegenheid om in betere vorm terug te keren als we weer gaan racen.
Uiteindelijk werd voor Valkenswaard besloten dat Covington niet van start ging. Hoe kwam dat?
Van Venrooy: “Dat was een beslissing van Thomas. Hij voelde zich niet voldoende klaar om op dit niveau te rijden. Vanaf dat moment hebben we hem de tijd gegeven om hard te werken en weer racefit te worden.”
Valkenswaard was erg teleurstellend voor het team met technische problemen. Hebben jullie hier aan kunnen werken om dit soort zaken in de toekomst te vermijden?
Van Venrooy: “Om eerlijk te zijn was Valkenswaard een ramp. We hebben in de winter onder alle omstandigheden veel testwerk gedaan en daarbij kwamen geen enkele van deze problemen tegen. Ondertussen hebben we de aanleiding -eigenlijk een kleinigheid- die deze problemen veroorzaakten gevonden en alles is nu opgelost. Sinds de uitbraak van de coronacrisis zijn we ook aan het motorblok blijven werken en hebben we goede vorderingen gemaakt.”
Met Lupino behielden jullie wel een ervaren rijder die geholpen heeft om de Kawasaki op een goed niveau te krijgen. Dat kan alleen maar een troef zijn voor de ontwikkeling van een andere motor.
Van Venrooy: “Al onze rijders zijn goed om mee te werken. We hebben echt een mooie groep rijders – een goede mix zeg maar. Lupino doet al het testwerk op de motor omdat hij daar zoveel ervaring in heeft. Alessandro is dus zeker een belangrijke schakel voor ons. Dit helpt de andere rijders ook voor hun afstellingen.”
Welke invloed heeft de coronacrisis op de werking van het team wat betreft sponsoring en budget?
Van Venrooy: “Deze situatie heeft zeker ook een impact op ons team en op onze sponsors en hun budgetten. Veel sponsors komen uit de motorsector en ze moesten zowel de productie als de verkoop stil leggen. Ik denk dat quasi alle teams dit zullen voelen. Hoe het verder loopt, zullen we moeten afwachten als we een nieuwe kalender krijgen.”
Persoonlijk denk ik dat rijders voor 2021 misschien met minder salaris genoegen zullen moeten nemen. Laat ons hopen dat het niet zo ver komt, maar het zou ook extra moeilijk kunnen worden om volgend jaar budget voor drie rijders te garanderen.
Van Venrooy:“We hebben er nog geen idee van wat 2021 zal brengen. Onze eerste opdracht is om dit seizoen tot een goed einde te brengen. We hebben dan ook nog niet gepraat over 2021.”
Hopelijk wordt er snel weer gereden.
Van Venrooy: “Dat wil iedereen, maar het moet uiteraard wel veilig zijn.”
Interview: Andy McKinstry
Foto’s: Yamaha, Eric Laurijssen, Niek Fotografie