X

Rechtstreeks van de bron: Joël Roelants

Dag vrienden en vriendinnen!

Ik heb er voor deze column maar even wat notities bijgenomen. Mijn laatste schrijfsels hier zijn ondertussen ook al weer prehistorisch. We pikken de draad  terug op in Lommel. Of de GP van Limburg zoals die zo mooi heet! Mijn thuis-GP ging op zich niet zo slecht. Ik heb er twee constante reeksen gereden, vierde en vijfde geloof ik. In de eindstand werd ik vierde. Alleen was ik net iets te traag om met de eersten mee te rijden. Op het eind heb ik er telkens nog wel een paar gepakt. De laatste 10 minuten kan je nog enorm veel goedmaken, dat bleek ook in Lommel. Zelfs 20 seconden is geen uitzondering! Toegegeven, ik had eigenlijk wel meer van Lommel  verwacht hoor. Dat had niets met vorm te maken of zo. Het was meer qua rijden dat ik niet op mijn best was. Ik vond mijn ritme niet goed en pas op het einde kwam ik er door. Dan zijn de vogels vooraan natuurlijk al gevlogen!

Joël viel in Lommel dit jaar net naast het podium.

In Tsjechië ging het de eerste reeks heel goed. Ik lag vierde toen ik Jeffrey Herlings wilde passeren en ik ten val kwam. Daarna kwam Van Horebeek erover en lag ik zesde. Dan ben ik nog eens gevallen door een gedubbelde. Op het einde ben ik dan nog teruggekomen van de 10de naar de negende plaats. De tweede reeks was minder, ik was een beetje mijn tempo kwijt. Volgens mij heb ik daar ook de selectie voor de Motorcross der Naties verspeeld. Van Horebeek reed die dag net wél op een redelijk niveau. En dat was de laatste wedstrijd die Joël Smets had om zijn selectie op te baseren. Tja, jammer voor mij.

Daarna kwam Brazilië aan de beurt. Een heel mooi circuit waar je veel moest springen. Het rijden ging daar eigenlijk heel goed, alleen was ik fysiek niet in mijn element. Ondanks de sambaritmes wilde mijn lijf daar toch niet mee! Ik had last van de jetlag, en het was er bloedheet en vochtig. Hoewel, de eerste twintig waren telkens sterk. Ik kon plaatsen goedmaken en dan stopte het plots. Zo was het ook in de eerste manche, ik kon snel een paar mannen inhalen er leek nog meer in te zitten. Tot ik even off-piste ging waardoor ik mijn ritme kwijt was. Meer dan een zevende plaats zat er niet meer in. De tweede reeks was zowat hetzelfde verhaal. Ken je dat zo van die dagen dat je zonder een echte verklaring helemaal dood zit als je nog zeker een kwartier te gaan hebt? Zoiets dus. Normaal gesproken had ik vanop mijn vijfde plaats nog kunnen aanvallen. Nu was het vat gewoon af. Opnieuw kwam ik als zevende binnen. De overzeese races waren niet echt mijn ding dit jaar!

Op het podium na de GP van Lierop

Na Brazilië heb ik me gewoon heel goed voorbereid op Lierop. Daar ging het zeker niet slecht. De eerste manche was zelfs heel goed. vanaf half weg hing ik tweede en zo kwam ik ook over de finish. Even had ik gepusht naar Paulin, maar die kreeg dat al snel in de mot en voerde zelf het tempo op. Omdat ik voelde dat ik nog wat meer kon brengen in de tweede reeks heb ik me dan wat gespaard.

Helaas viel mijn plannetje in duigen omdat ik op de motor al bijna onmiddellijk maagkramp had. Daardoor verkrampte ook mijn rijden en kon ik niet brengen wat ik wilde. Dat kwam als een donderslag bij heldere hemel want tussen de reeksen voeld ik me supergoed. Mijn rug had heel de week vastgezeten en ik was net voor de GP twee keer naar de ostheopaat gegaan om die rug los te maken. Waarschijnlijk zaten mijn ingewanden echter nog wél vast. Dat had ik op vrijdag ook wel zelf gemerkt omdat het gewoon moeilijk was om heel diep adem te halen. De tweede reeks was ik dus meer aan het vechten tegen mezelf dan tegen mijn concurrenten! Ik moest Roczen Musquin en Paulin laten gaan en werd vierde. Toch was het natuurlijk positief dat ik wel het podium haalde in Lierop. Mijn derde podium van het seizoen.

In Fermo hadden we de laatste GP. Daar ging het op zaterdag heel slecht. Vervolgens heb ik heel wat overlegd met het team. Dat heeft ‘s anderendaags resultaten opgeleverd, want op de motor ging het véél beter. In de eerste manche was ik slecht weg. Ik kon wel plaasen goed maken en werd zesde. Ik wilde gewoon zo hard mogelijk rijden in de laatste reeks van het seizoen, maar ik wist dat ik op gelijke punten stond met Zach Osborne. Om de vierde plaats in het WK te pakken moest ik ‘gewoon’ voor hem eindigen. Alleen was ik weer niet zo goed weg en Zach had een iets betere start. Op het einde kwam ik nog tot op vier seconden. Net niet goed genoeg dus. In de stand kwam ik één punt te kort op Osborne! Spijtig want ik had wel het gevoel dat de vierde plaats er in zat. Ik moet wel toegeven dat Fermo voor mij een moeilijke omloop was: het was hard, weinig grip, nauwelijks sporen ook.

De start van de Italiaanse GP in Fermo.

Als ik zo op mijn GP-seizoen terug kijk waren er weinig reeksen waar ik zonder problemen kon rijden. Zoiets is natuurlijk ook vooral een analyse voor mezelf en het team. In m’n eigen column is het logisch dat zoiets aan bod komt. De resultaten zijn ondertussen al oud nieuws, op dat moment is het leuk om het verhaal vanuit een ander standpunt te horen. Maar om zelf die kwalen en kwaaltjes telkens aan te halen, ligt niet in mijn aard. Daarin ben ik zeker niet de enige omdat het voor een stuk natuurlijk ook bij onze sport hoort. Elke reeks, elke dag 100% zijn is onmogelijk, hoe goed je voorbereiding ook is.

Al bij al ben ik wel redelijk tevreden over mijn GP-seizoen. Zeker over mijn laatste wedstrijden. Ik heb toch het gevoel dat ik nog wat progressie heb gemaakt tegenover vorig jaar. In het begin van het jaar draaide het vierkant, eigenlijk stond ik nooit fatsoenlijk in de top 10. Om dan toch nog vijfde te worden, op één punt van de vierde is zeker een positief slot. Ik heb veel fouten gemaakt dit jaar, daar wil ik volgend seizoen zeker iets aan doen. Weer duurde het te lang voor ik op dreef kwam. Daarvoor kan ik alleen maar de schuld bij mezelf zoeken. Ik heb altijd mijn eigen ding gedaan en te weinig geluisterd naar anderen. Dat heb ik ik ook moeten toegeven. Goede raad is goud waard, daar moet ik zeker Jacky Martens en Stefan Everts voor bedanken. Ik wil ook van de gelegenheid gebruik maken om alle andere mensen van het Nestaan-JM Racing team te bedanken, mijn mechanieker en iedereen die me gesteund heeft.

De voorbije weken heb ik ook goed nagedacht over mijn sportieve toekomst. Zeker een mogelijke overstap naar de MX1 was een belangrijk onderwerp. Daarover heb ik ook met enkele mensen overlegd. Zelf wil ik graag nog een seizoen MX2 te doen. De kans is groot dat ik mijn capaciteiten meer kan gebruiken op een MX1. Aan de andere kant heb ik nog steeds veel te leren in de MX2 en je moet oot ook doen waar je jezelf het beste bij voelt.

In gesprek met Jacky Martens en technisch coördinator Joël De Busser.

Deze winter wil ik op vakantie gaan naar Australië. Ik ben ook aan het bekijken om daar mee te doen in de Supercross. Waar en wanneer is op dit moment dus nog helemaal niet aan de orde. Sowieso is het meer voor de fun om daar eens een SX mee te maken. Een van de belangrijkste voorwaarden is wel dat ik een goede motor kan vinden, met een vering die goed is afgesteld. Toch belangrijk om je op zo’n omloop zeker van je stuk te voelen. Wat wel leuk is in Australië zijn de SX-omlopen zelf, het zijn stadioncrossen waar je toch nog voldoende plaats hebt zodat het veilig blijft. In Duitsland is het dikwijls zo compact dat je om een gevallen rijder te ontwijken zelf bijna op een ander stuk van het circuit moet rijden!

Nu zondag rijd ik nog het BK in Mont-Saint-Guibert en als laatste wedstrijd moet ik naar het ONK in Harfsen. Om je seizoen in te delen valt die laatste ONK race wel heel vervelend. Het is dan al 17 oktober tot die tijd voluit blijven trainen, is geen optie. Ik ga ondertussen al wat supercross rijden en dan zien we wel hoe het loopt in Harfsen!

Tot de volgende!
PS Voor meer info over Nestaan-JM Racing Team kijk je hier.

Credit foto’s: CDS, Ray Archer & Rolf Verhagen