Vlaanderen is een ontwikkelingsgebied als het op motorsport aankomt.
Het gaat niet goed met de motorsport in Vlaanderen. Dat is het minste wat je kan zeggen over de situatie waarin de sport zich momenteel bevindt. Weinig mediabelangstelling, weinig toeschouwers, weinig wedstrijden en weinig (grote) sponsors: zo laat de situatie zich nog het best samenvatten. Dat de situatie acuut is moge duidelijk zijn. Maar bij de bestuurders van de verschillende motorsportfederaties schijnt dat niet door te dringen. Zij denken waarschijnlijk – zoals ze altijd gedacht hebben – dat het hun tijd wel zal duren. Wel, het zou wel eens vlugger gedaan kunnen zijn. Net omdat er weinig mediabelangstelling is – en zeker al geen kritische – raken de bondsbesturen met zowat alles weg. En dat is schrijnend. Schrijnend omdat deze sport – in al z’n facetten – veel beter verdient.
Voorlopig telt Vlaanderen op internationaal niveau nog wel mee. Maar dat hebben we dan wel volledig te danken aan de inzet en de know-how van onze teams en het talent van onze piloten. Op organisatorisch vlak is dat echter niet het geval. Toegegeven, Vlaanderen telt dit jaar twee motorcross GP’s maar in de andere disciplines mankt Vlaanderen ver achter. De oorzaak daarvoor moeten we wellicht bij de VMBB gaan zoeken. De Vlaamse poot van de Belgische Motorrijdersbond voelt zich weliswaar verheven boven de amateurfederaties maar moest in het verleden telkens op zoek gaan naar een samenwerking met een (of meerdere) van hen.