X

Aan de tand gevoeld… Jelle Grade !

We moeten hem niet meer voorstellen want iedereen weet ondertussen wel wie die vrolijke kerel is.Momenteel gaat het Jelle niet voor de wind en werkt hij hard  om er weer te staan. Geruchten doen de ronde, het ene al gekker dan de andere dus tijd voor een gesprek met Jelle himself!

Het seizoen lijkt niet te verlopen zoals velen hadden verwacht. Hoe kijk jij daar zelf tegenaan heb je het gevoel dat je voor jezelf op planning zit?
Jelle Grade: “Qua motortraining heb ik wel wat achterstand… Hoewel ik nooit veel met de motor rij in de wintermaanden om alles wat te sparen. Daardoor heb ik veel last van armpump. Maar fysiek denk ik wel dat alles wat volgens planning loopt. En heb er het volste vertrouwen in dat ik terug op mijn positie ga komen waar ik thuis hoor.”

Had jij zelf verwacht sneller mee vooraan te zitten en hoe verliep de revalidatie aan de knie deze winter?
Grade: “Ik had het inderdaad wel liever gehad, maar door de zware knieoperatie moet ik wat helder denken en beseffen dat dit normaal. Als je maar drie keer getraind hebt met de motor en maar vier wedstrijden hebt gereden mag je geen mirakels verwachten. De revalidatie viel al bij al goed mee, alleen het overstrekken blijft nog een beetje een probleem. Ook daar wordt nog steeds aan gewerkt. Bij Stylefit ben ik met mijn coach Gael Bosmans en trainingsmaatje Bram Schoepen druk in de weer om de fysiek in orde te krijgen.”


Heeft Toon Claes een klantenkaart voor crossers?
Grade: “
Toon heeft idd een klantenkaart voor crossers, elke keer zie je daar wel enkele bekenden binnenkomen!”

Waarom zijn zoveel motorcrossers hondenliefhebbers?
Grade: 
“Goh… eerlijk gezegd… Geen flauw idee, misschien da het stoer overkomt en crossers natuurlijk zeer stoer zijn.” 🙂

Wat spreekt jou het meest aan in motorcross, welk gevoel maakt deze sport zo bijzonder voor jou?
Grade: 
“Ik heb dit van kleins af van papa meegekregen. Papa ging vroeger altijd naar Belgische en Nederlandse GP’s kijken en dat vond ik dan als  klein ventje super. Dan op m’n 14 heeft hij mij zelf een motor gekocht en zo is de microbe ontstaan. Sindsdien is de kick er gekomen om te starten, springen… Het gevoel om met 40 piloten allemaal om het eerst die bocht uit te komen, elke keer hoger, verder, platter te springen.”

Wat is de wedstrijd waar je het meest naar uit kijkt?
Grade: 
“Dat is moeilijk, ik rij overal wel graag. De nachtcross in Duitsland in Kleinhau is toch al wel meer dan 10 jaar een vaste waarde in m’n lijst van wedstrijden die ik wil rijden.”

Haters gonna hate. Mensen die niets lever doen dan kritiek leveren, zijn vaak ook ongewild komisch. Wat is het grappigste dat je de voorbije weken al hebt gehoord?
Grade:
“Dat ik na de eerste manche op de Keiheuvel m’n laatste wedstrijd ooit gereden zou hebben. Terwijl daar niks over gezegd was. Een slechte manche is nog geen verloren jaar hé!! Dat is een roddel waar ik mij verder niets van aantrek.”

Je stapte over naar ‘jouw oude liefde’ de Kawasaki. Was de klik er meteen tussen jou en de bike? Vergelijk de Kawa eens met de Yamaha en de Suzuki?
Grade: “De klik was er zeker en vast meteen. De KX450F is een zeer wendbare en krachtige motor. De Kawa kan je best vergelijken met de Yamaha, alleen is de Kawasaki wat sterker. De Suzuki kan ik daar eigenlijk niet echt mee vergelijken, want dat model was al 3 jaar oud en het was ook geen nieuwe. Toch ben ik blij dat ik die kans terug gekregen heb om daar mee te starten.”

Nog meer vernieuwing. Je zit ook in een nieuw team MC De Buiting, hoe ben je daar terecht gekomen en brengt dat ook prestatiedruk met zich mee?
Grade: “Eind van vorig jaar hebben enkele teams contact opgenomen met mij. Daar was dus Jan Paulissen voorzitter van MC De Buiting één van. Ik denk dat ik hier een goede keuze heb gemaakt. De motor ligt me, het team klikt in het algemeen heel goed. Ze zijn allemaal rechtuit, zo heb ik het ook het liefst. Vandaar die bewuste keuze. Ze zijn niet echt prestatiegericht, gewoon een hoop vrienden onder elkaar. Niks moet, alles mag. Toch leg ik mezelf die druk wel een beetje op, maar dat is competitief aangelegd zijn zeker?”

Wat vind je van het huidige niveau bij de Inters in VLM?
Grade: “Het niveau is weer hard omhoog gegaan. Het is enkele jaren minder geweest, maar ik denk dat VLM weer één van de snelste rijders van de amateurfederaties heeft. het belooft een mooi jaar te worden!”

Jij rijdt nu voor de fun maar je weet wat het is om op hoog niveau te presteren. Als je één ding kan meegeven aan jonge rijders die het willen maken, wat zou dat dan zijn?
Grade: “Door de week afzien is zondags lachen. En je kan beter een grote kleine zijn dan een kleine grote! Maar: er vooral plezier in blijven hebben.”
Wie is de grootste ambiancemaker van de VLM (rijder of entourage)?
Grade: “Ik denk dat dit zeker met uitstek Wes is, grote aanhang, spectaculaire rijstijl ne symphatieke kloot. (Red. Wes de enige echte Wesley Verheyen!)”

Tot slot wat is de precieze oorzaak dat je nog niet vooraan meedraait?
Grade: “Zoals ik eerder al zei heb ik te weinig met de motor gereden , in begin was er nog wat testwerk voor de vering en de motor helemaal naar mijn hand te zetten maar daar zorgen mijn monteurs Eric en Mark (alias Rikkie en Boegie) wel voor.Maar de problemen bleven aanhouden. Goed mee weg, na tien minuten kon ik de motor niet meer vasthouden, last van armpump. We hoopten dat zich dit door meer te rijden vanzelf  zou oplossen maar dat is niet het geval. Daarom hebben we besloten om de onderarmen nog eens te laten opereren. Dat heb ik in het verleden ook al een keer laten doen en dat heeft mij goed geholpen. Aanstaande vrijdag ga ik onder het mes bij dokter Peersman.”

Jelle bedankt voor dit openhartig gesprek en we zien je over enkele weken weer back on track!
Grade:  “Zeker, jij bent ook bedankt voor het interview! Ik zou graag nog even mijn sponsors in de bloemetjes willen zetten want ze zijn steeds in mij blijven en vertrouwen! Bij deze een dikke merci aan MTM-MotoTuningMol, DRD Dakwerken, Davo’s kitchen- en karweiwerken, kapsalon Gratjee, One Immo, Bouwonderneming Ooms, Autostop leather en lsa.”

Tekst en foto’s: Carine Discart