Hoog in de Toscaanse bergen vond enkele weken terug de wereldvoorstelling van de nieuwe Beta 2020 modellen plaats. In het kleine dorpje Il Ciocco (bekend van de Hell’s Gate hard enduro) werd eerst een volledige avondpresentatie gegeven. De dag nadien stond het echte testwerk gepland!
Tijdens die presentatie kregen we eerst wat cijfers voorgeschoteld. Daaruit bleek dat het Beta voor de wind gaat. De Italiaanse fabrikant kende de afgelopen jaren al een mooie groei en die werd verder gezet in 2018. Wereldwijd verkocht Beta meer dan 22.000 motoren. Maar liefst 63% hiervan werden buiten Europa verkocht!
Enkele dagen voor de presentatie lazen we dat alle Beta enduromodellen hard onder handen waren genomen. Men kan zelfs spreken van compleet nieuwe motoren. Van frame tot subframe tot motor en zelfs de achterbrug voor de viertakt modellen, allemaal werden ze gewijzigd. Voor de tweetakt modellen werden de 250 en 300 modellen herzien met een nieuwe balansas, nieuwe drijfstang en vliegwiel.
Even aanpassen
Vanaf dat je op motor zit merk je heel duidelijk dat de zitpositie anders is. Vroeger had je meer het gevoel dat de motor op de achterkant leunde en je in de motor zat. Nu staat de motor al meer op zijn kop. Hij voelt groter aan en je zit korter op het stuur. Dit komt doordat het zadel, de benzinetank, subframe en plastic nu in één mooie lijn zitten. Doordat de verplaatsing van achteraan naar vooraan volledig vlak is, kan je ook zeer vlot bewegen op de motor.
Het nieuwe frame is onderaan de nieuwe voetsteunen ook 20 mm smaller geworden waardoor je bij het nemen van een diep spoor minder snel de ondergrond raakt. Doordat het frame volledig nieuw is ligt het blok ook net 20 mm meer naar achter, is het 15% stijver maar dan wel smaller aan de voetsteunen zoals hierboven vermeld.
De balhoofdhoek werd ook scherper gemaakt en bedraagt nu 22° . Beta heeft duidelijk aan vele zaken gedacht. Terwijl er bij de vorige modellen verschillende boutjes gebruikt werden zijn nu alle boutjes van dezelfde afmetingen. De volledige kabelboom, plaatsing van de elektrische componenten en luchtfilterbak zijn vernieuwd, efficiënter gemonteerd en beter afgewerkt. Ook hebben ze de raad van hun GP team gevolgd en een nieuwe luchtfilter-en bevestigingssysteem aangebracht op alle modellen.
De bestseller: 300 tweetakt
We gingen met hoge verwachtingen van start met de 300 tweetakt. Dit is en blijft de best verkochte motor bij Beta. Het werd onmiddellijk duidelijk dat de balansas veel verschil maakt. De verminderde trillingen waren vanaf het eerste moment merkbaar. De andere wijzigingen aan het blok zorgde ervoor dat het karakter licht veranderd was. Vroeger had de 300 extreem veel koppel. Dit was nu net iets minder maar hij klimt nu wel iets sneller in toeren waardoor hij nog steeds veel meters maakt. Doordat het vermogen net iets sneller komt, voelt dit dan ook net iets agressiever aan.
Bij de kwartliter komt duidelijk meer het ‘motorcross’ karakter naar boven. De motor heeft minder koppel maar is toch zeer wendbaar en klimt snel inde toeren. De Beta 250 is dan ook net iets nerveuzer dan zijn grotere broer. Met deze 250 is dan ook op het koppel rijden zoals met de 300 bijna niet aan de orde. Het midden- en topgebied zijn het meest bruikbare.
Na de middag was het dan tijd voor de 125 en 200. Deze werden motorisch het minst gewijzigd van allemaal. De 125 heeft nu standaard alle specificatie van de 125 racing van 2019. Dit wil zeggen dat de cilinder, timing en powervalve zijn aangepast ten opzichte van vorig jaar. Het bruikbaar vermogen van dit lichtgewicht enduro’tje is dan ook zeer klein. Wat niet wegneemt dat het echt wel heel goed draait en keert tussen de bomen en op de stenige Italiaanse ondergrond.
Dan naar de 200. Hier kwam ik vanaf met de grootste smile tot achter mijn oren. “Damn wat is dit een leuk motortje!’ Het tovert direct een glimlach op het gezicht. De fun factor is hier zo groot op. En het heeft best wel wat vermogen in huis. Je moet er wel mee in hoge toeren rijden maar dan blijft het zeer goed controleer en voorspelbaar. Het heeft net wel dat beetje meer koppel dan de 125 maar loopt langer door in zijn toeren.
Nadat de tweetakten volledig getest en beoordeeld werden was het tijd aan de volledig vernieuwde viertakten!
De 2020 Beta viertakten
De 350 is en blijft de lichtste en meest competitieve motor. De motor klimt sneller in toeren loopt ook langer door en draait net iets meer toeren als het vorige model. Het zware viertakt gevoel is echt wel verdwenen met de lichtste beta viertakt motor. Hij laat zich ook het gemakkelijkste van richting veranderen en onder de noemer ‘ afdraaien ‘ gaat dit makkelijker als de rest van zijn zwaardere modellen. Als je echt tempo wil rijden met deze motor moet je dit wel in het middengebied doen en hem in zijn toeren laten doorlopen.
De 390 is amper 40 cc meer maar je merkt dit toch wel duidelijk. De motor heeft net beetje meer koppel dan de 350 maar blijft nog steeds licht aanvoelen. Bij het insturen en aanremmen naar de bocht toe voel je dan weer net dat de motor meer inertie heeft en meer vooruit wil ipv af te draaien. Dit verschil is echt miniem maar wel merkbaar.
Vanaf je met de 430 vertrekt voel je onmiddellijk zoveel meer koppel als bij de 390 of de 350. Je kan deze motor echt zo goed als helemaal laten doorvallen in de bocht in derde versnelling en toch zal je erdoor komen. Hij heeft een zeer bruikbaar aangenaam en rustig karakter en draait minder toeren dan de twee lichtere viertakten.
De op papier zwaarste Beta, namelijk de 480 was ook een aangename verrassing. Wie denkt dat dit een zware ‘ tank ‘ is komt eigenlijk bedrogen uit. Met een zeer aangenaam motorkarakter en totaal geen agressiviteit in het blok is dit echt wel een fijne motor. Vooral om in de Kempen, Limburg of het Nederlandse klapzand rond te rijden. Het middengebied is fenomenaal sterk terwijl dat hij onderin net iets minder heeft.
Al de viertakt modellen zijn duidelijk stabieler geworden in rechte lijn. Ook het verhoogde rijcomfort en de aangenamere motorkarakters zijn echt wel een sterk wapen geworden voor deze Italiaanse motoren! Van de 350 tot de 480 voelen ze echt fris aan. Ze voelen licht en reageren fijn op het gas. Door het stijvere frame is het stuurgedrag wel beïnvloed en merk je dat ‘afdraaien net tot dat iets moeilijker gaat ten opzichte van het 2019 model.
Een minpuntje aan alle motoren is wel de vering. Voor de hobbyrijder die op zondag een ritje met de vrienden doet gaat de standaard vering mits enig afstelwerk voldoende zijn. Wanneer je als rijder net iets meer snelheid krijgt, kan de vering niet meer volgen. Na wat afstelwerk werd het in de namiddag wel beter. Voor de piloten die competitie rijden is het aangeraden om de vering naar een specialist te brengen en te laten afstellen op niveau en gewicht. Een aftersales veringkit aankopen is bij de Beta ook echt wel een goede investering als je op niveau rijdt!
Welke motor voor welk gebruik?
200 tweetakt: De fun / play bike. Het motorkarakter gecombineerd met het licht gewicht en goed stuurgedrag maken van deze Beta de plezantste motor om mee te rijden. Puur omdat de funfactor héél hoog ligt en detweetakt sound altijd goed in de oren klinkt!
350 viertakt: De competitiemotor. Veruit de beste motor om de snelste chrono mee te zetten! Heeft een uitstekend stuurgedrag, super motorkarakter en blijft licht aanvoelen. Voldoende koppel om op ‘ tractie ‘ te kunnen rijden en de hoge toeren om meters te maken. De juiste vering erin, goede mapping programmeren en competitie klaar!
390 viertakt: De beste allrounder voor de hobbyist. Wil je gewoon rustig zondag’s een ritje met vrienden rijden dan is de 390 de beste keuze. Het is niet nodig om je druk te maken in welke versnelling je nu exact zit de 390 trekt zich er steeds door!
Voor meer informatie en de volledige technische gegevens verwijs ik jullie graag naar de Betamotor website
Tekst: Mathias Van Hoof
Foto’s: Beta/Marco Campelli