X

Techniek: de werking van een slipperkoppeling

Eigen aan de motorsport is de constante ontwikkeling van de techniek. In de motorcross waren er enkele revoluties zoals de ommezwaai van de viertaktmotor naar de tweetakt halverwege de jaren zestig. Ook de intrede van monovering, vloeistofkoeling, schijfremmen en upside-downvering waren stevige ingrepen in de bestaande techniek. En vergeten we ook niet de terugkeer van de viertakt net voor de eeuwwisseling. Echter, sommige onderdelen zoals de koppeling bleven al die tijd nagenoeg hetzelfde qua design en werking maar enkele fabrikanten zagen hierin een uitdaging. De evolutie van de koppeling is er eentje die wat uitleg verdiend.

Intussen is het al wat jaren geleden dat de slipperkoppeling zijn intrede deed in de motorcross. Ze werd ontwikkelt in de racerij en heeft onmiskenbaar enkele belangrijke voordelen ten opzichte van een traditionele koppeling. Tegenwoordig kan men spreken over drie soorten koppelingen: de standaardkoppeling, de slipperkoppeling en de automatische koppeling.

De slipperkoppeling

Een slipperkoppeling – zoals de Hinson BTL – schakelt de koppeling uit wanneer de motor een aanzienlijke vertraging registreert. Dit maakt de achterwielophanging vrij door het verlagen van het kettingskoppel. In mensentaal: Wanneer u op de achterrem trapt bij het naderen van een bocht bevries je voor een gedeelte de werking van de achtervering door de kracht die je uitoefent op de ketting. Bij een slipperkoppeling wordt de koppeling pas ontkoppeld als de massatraagheid van de motor onder een bepaald punt komt. Als u het gashendel tijdens het remmen lost, trekt het de koppeling naar binnen zodat de achterschokbreker vrij kan bewegen.

Een slipperkoppeling blijft echter niet ingeschakeld. Zodra de vertraging en de motorremming afnemen, wordt de koppeling weer ingeschakeld. De koppeling moet dus nog steeds worden ingetrokken om te voorkomen dat de motor afslaat. Kortom, een slipperkoppeling is ontworpen om de wieldruk bij het afremmen en bij het terugschakelen in de bochten te beperken, maar zal nog steeds blokkeren als een volledig handmatige koppeling. U zal vooral het voordeel van deze koppeling ondervinden bij de passage van remknippen net voor een bocht. De achtervering zal deze veel beter opvangen omdat ze vrij kan bewegen.

De automatische koppeling

Een automatische koppeling – zoals de Rekluse – is een volautomatische koppeling. Hij ontkoppelt niet alleen de koppeling bij het registreren van de vertraging, maar de koppeling blijft ook ontkoppeld tot u weer gas geeft. Met een automatische koppeling hoeft u de koppeling niet in te trekken als u tot stilstand komt, want hij trekt zichzelf in. Wanneer u het gashendel opendraait en de auto-koppeling draait tot een vooraf ingesteld toerental, bewegen de centrifugaalgewichten in de koppeling naar buiten om de aandrijfschijven in te schakelen en ze vast te houden totdat u het toerental laat dalen tot een niveau waarbij de gewichten weer worden ingetrokken om de koppeling te ontkoppelen.

In de motorcross is een slipkoppeling op zijn best bij het remmen van hobbels aan het einde van een lang recht stuk, bij het blokkeren van het achterwiel tijdens hard remmen of beneden aan een steile helling. Waarom? Omdat je door het loslaten van het gashendel de achterwielophanging bevrijdt van wieldruk en kettingkracht. Je moet echter nog steeds de koppeling in trekken om te starten, te schakelen of te stoppen.

Omgekeerd zorgt een automatische koppeling ervoor dat de rijder de koppelingshendel niet meer hoeft aan te raken. U kunt volledig tot stilstand komen, in de versnelling, met een autokoppeling en u hoeft zich nooit meer zorgen te maken over het afslaan van de motor. U kunt starten vanuit stilstand door gewoon het gashendel open te draaien – u hoeft de koppeling niet te lossen. Denk niet dat een automatische koppeling je vijfversnellingsbak in een automatische versnellingsbak verandert, je moet nog steeds van de ene naar de andere versnelling schakelen. De meeste rijders die racen met de Rekluse automatische koppeling hoeven zich geen zorgen te maken over het afremmen of het manipuleren van de koppelingshendel, waardoor de focus meer bij het kiezen van rijlijnen kan blijven.

Een paar jaar geleden gebruikten veel motorcrossers slipperkoppelingen maar nu de koppelingen meer geavanceerd zijn geworden, is het tij gekeerd. Nu zijn automatische koppelingen in het voordeel en nuttiger in de motorcross. Ook voor een doordeweeks enduroritje zijn de voordelen onmiskenbaar. Op technische paadjes hoef je nooit meer wakker te liggen van een motor die stil valt. In de onderstaande video zie je in het kort het voordeel van een automatische koppeling uitgelegd.

Tekst: Danny Hermans