X

Watdoejijnou: Ben Damen

In de rubriek #Watdoejijnou kijkt MXMag.nl wat voormalige crossers vandaag de dag doen. Hun gezinsleven en hun huidige werkzaamheden. Hoe kijken ze terug op hun carrière, de hoogte en dieptepunten. Deze maand hebben wij een gesprek met Ben Damen. De Brabander runde het Rabbit Racing-Kawasaki Team en stond aan het begin van de carriere van Kay de Wolf maar hij welke ook met Max Anstie!

MXMag: Stel jezelf even kort voor:
BD: “De meeste mensen kennen mij, Ben Damen, als crosser van de MON en de KNMV. Ik reed altijd met startnummer 99 of 180 en veruit het grootste deel van mijn actieve carierre op een gifgroene machine. Mijn vader Rob heeft een levendige fantasie en wij reden dan ook vele jaren met een knal gele camper met stripfiguren door het land. Later hebben wij ons eigen team omzet met rijders van alle niveau. Het Rabbit Racing Kawasaki BeNeLux Team was actief in de Grand Prix met Bas Verhoeven en Steffie Laier. Wij hadden internationale successen met Max Anstie maar ook in Nederland waren wij actief. Kay de Wolf, Ronnie van Rooij, Maurice Klijn en Joey Reijnders deden in onze kleuren van zich spreken. Dat geldt ook voor Jack Brunell die vele keren wist te schitteren tijdens de Supercross van Goes.”

MXMag: Wat doe jij tegenwoordig voor de dagelijkse boterham?
BD: “Na vele jaren in de motorsport ben ik overgestapt naar de fietsenbranche. Gezien mijn geboorteplaats bij de Drunense Duinen waar Mountainbiken zeer actief word gedaan bleek dit een goede keuze. In 6 jaar tijd zijn wij gegroeid naar een bedrijf met een team van zeven vaste en flexibele werknemers. We bieden heel veel fietsen aan in het hoge segment Mountainbike en Race, maar voorzien ook veel in E-bikes van diverse merken. Het is heel mooi om met de lokale gemeenschap samen te werken en het ‘waarom’ van veel fietsers past erg goed bij me.”

MXMag: Hoe kijk jij terug op jou motocross-carriere?
BD: “De vraag is mogen we in mijn geval over een “carrière” spreken? Ik heb in mijn tienerjaren veel training gekregen van John van den Berk, hij heeft me ontzettend veel techniek bijgebracht. Dat heeft me ook de resultaten gebracht, te samen met mijn inzet. Want van aanleg was echter weinig sprake. Ik was in mijn jeugd nogal een roekeloos figuur, aan de kant of in de kant! Ik had van die gekke fratsen dat ik bepaalde dubbelsprongen of andere schansen perse gedaan moest hebben voordat ik richting huis ging. Daarmee belandde ik nogal eens langs de baan, met de nodige gevolgen. Ik had vaak last van wedstrijdspanning en dan reed ik als een krant mijn rondjes tijdens een wedstrijd. Ik wilde mijzelf steeds heel graag bewijzen omdat wij binnen ons eigen team steeds betere rijders contracteerden terwijl ik zelf graag in dat middelpunt stond. Uiteindelijk werd ik veel succesvoller met mijn functie als monteur/teammanager. Ik kon het geleerde van John goed overbrengen naar de enkele jonge rijders die we gingen begeleiden. We hadden denk ik een neusje voor goede renners maar ook fijne mensen om ons heen. Kees de Omroeper is in deze ook wel eens goede raadgever geweest, die zou nog goed doen als scout! Hij attendeerde ons op Kay de Wolf en Wim Geven kwam met Jack Brunell op de proppen.”

MXMag: Het hoogtepunt uit jou carrière?
BD: “Voor mij persoonlijk heb ik erg genoten van een succesvolle Red Bull Knock-Out. Ik voelde mezelf daar echt een held! Met zo’n 200.000 mensen op de pier en ik startte van positie 700 waarna ik terug wist te komen naar de 42e plaats uit mijn hoofd. We waren net haasjes daar op die schansen. Daarnaast heb ik vaak uitschieters gehad ik was nogal wisselvallig in de resultaten. Ik reed in mijn laatste seizoen 85cc bij de MON echt heel goed toen ik mijn bovenarm brak. Daarna heb ik veel in de sportschool gezeten waardoor ik besloot met pa en ‘De Berk’ om de overstap te maken naar de 125cc. Daar deed ik het ook goed met de KX144 maar een blessure deed voorkomen dat ik een goed eindresultaat wist te scoren.
Met Rabbit Racing-Kawasaki hebben we echt enorm genoten van de vele successen met Max Anstie. Wat voelde ik mezelf als jochie van 16 jaar echt helemaal de man. Wat begon met de supercross-wedstrijd in de manege van Schijndel eindigde met de WK Jeugd. Max verloor die titelstrijd volgens mij van Ken Roczen. Wij reden echter overal, ik herinner me nog heel goed de wedstrijden Parijs (Bercy), Goes, Cardiff, Sheffield, Las Vegas. Dat was natuurlijk een grandioze tijd! Die gasten zijn stuk voor stuk aan de top gekomen; Anstie, Jeffrey Herlings, Alessandro Lupino, Alex Tonkov en Roczen.”

MXMag: Het dieptepunt uit jou carrière?
BD: “Daar vraag je me iets? Ik heb veel blessureleed opgelopen, ik heb daar vaak veel verdriet van gehad. Aan de andere kant was ik ook wel zo gemotiveerd om snel weer op de machine te zitten en daar heb je de rest van je leven ook een voordeel van. Dokter Vanvlerken in Lommel werd mijn tweede huis zo ongeveer. Sportief dieptepunt is denk ik wel het besef dat het er voor mij als crosser niet in zou zitten. Bij de KNMV red ik lekker mee en ook tijdens de trainingen ging het zo goed. Wij gingen de ADAC rijden en ook daar ging het goed in de training. Ik stond tussen namen als Butron, Strijbos, Krestinov en dan kregen de zenuwen en de prestatiedruk vat op me en dan was het klaar. Die teleurstelling keer op keer heeft me doen buigen, ondanks goede gesprekken met Martin van Genderen over zelfkennis, benadering van de wedstrijd etc. Kwam het besef langzaam boven dat ik succesvoller was met mensen aansturen en de zaak runnen. Ik besloot voor het plezier af en toe een wedstrijd mee te pikken en eigenlijk kwam toen het plezier weer terug. Met de motor business ging het in die tijd achteruit, wij hadden jarenlang zelf geïnvesteerd om Kawasaki in Nederland op de rit te krijgen, en toen het tijd was om te delen waren er andere kapers op de kust. Dit heeft ons de motivatie doen verliezen. Ik ging minder graag naar de cross om tijd met mijn toenmalige relatie te besteden en aan de zaak te werken. De klad kwam erin en ik was niet meer gelukkig met de dagelijkse bedrijfsvoering. We hadden hier en daar door wat gesponsorde rijders stank voor dank gekregen en besloten er toen uit te stappen. De komst van zoontje Jesse heeft me toen de keuze gemaakt om zelf alles te verkopen en nooit meer op te stappen. Ik weet welke adrenaline het voort brengt maar ben zelf gelukkig altijd met botbreuken weggekomen. Zo’n groot hard als ik op de motor had heb ik niet, dat kan ook niet tegenover mijn gezin. Daarom wil ik ook proberen om Jesse daar van weg te houden.

Beste motor ooit mee gereden?
BD: “Je weet het ik heb een groen hart, de KX450F was een heerlijke machine. Zeker wanneer mijn vader hem geprepareerd had. Maar de KX250F 2013 was ook een super machine! Ik heb daar nog eens ooit een paar proefstartjes mee gewonnen van Tommy Searle tijdens de TMV Dealer-dag op het circuit van Valkenswaard. Pa was maar wat fier op zijn resultaat.”

MXMag: Hoe kijk jij naar de huidige motocrosswereld?
BD: “Ik moet eerlijk zeggen dat ik er niet heel veel van volg, de liefde is er nog altijd maar ik heb er volledig afscheid van genomen om een nieuw hoofdstuk te beginnen. Ik kan wel met oprecht veel plezier genieten van de prestaties van Kay de Wolf gezien ons verleden. Ook met Jack Brunell hebben wij nog contact, die is altijd een vriend van mij gebleven.”

MXMag: Hartelijk dank voor je medewerking!
BD: “Bedankt Steven, leuk om toch nog eens terug te kijken wat er in die tijd allemaal door je heen ging. Ik zou nog zoveel meer hier over kunnen vertellen. Er was toen voor mij niets anders dan motocross, de rest bestond niet! Ik heb een mooie tijd gehad en toen te weinig beseft hoe het is om de mogelijkheden te hebben zo een luxe en stoere sport uit te oefenen. De successen en het kippenvel wat het ons toen gaf op en naast het parcours zal altijd mooi blijven om aan terug te denken. Als je me gaat vragen wat ik het meest zou missen? Dan zijn dat ‘De Belt’ in Hardinxveld, het kippenvel van de Supercross successen en de stem van Kees de Omroeper door de geluidsinstallatie!”

Door: Steven van Kempen/KEMCO
Foto: Archief