X

De juiste man op de juiste plaats: interview Erik Eggens

Ex-GP rijder en vijfvoudig Nederlands MX2 kampioen Erik Eggens (40) neemt al een jaar of vijf een belangrijke plaats in de paddock in voor Yamaha. Erik werd na zijn actieve carrière als topcrosser, consultant en testrijder. Nu is Eggens motorcrossmanager voor Yamaha Motor Europe.

Als het op structuur en zichtbaarheid aankomt, eist Yamaha een hoofdrol op in zowel de MXGP, MX2, WMX als EMX klassen. Qua strategie, marketingondersteuning en imago hebben ‘de blauwen’ dan ook een uitstekend programma opgezet. Bovenaan die piramide staat het succesvolle Monster Energy Yamaha fabrieksteam in MXGP.

Zelf heeft Eggens de ups en downs gekend die horen bij een motorcrosscarrière op hoog niveau. Van een bescheiden begin met beperkte middelen en een eigen team tot GP zeges begin jaren 2000, een status als KTM fabrieksrijder en een beste eindnotering als derde in het WK 125cc na Jamie Dobb en Steve Ramon. Maar “Eggy” had ook zijn deel wat betreft blessures, ziekte en tegenslagen. Bovenal blijft de vriendelijke Drentenaar een echte motor-en crossliefhebber. Puur voor de fun stapt Erik ook nu nog wel eens op de motor voor een wedstrijdje. Dat hij tijdens het ONK250cc in Emmen onlangs vierde werd, zegt veel over zijn klasse.

Zijn rol bij Yamaha vereist echter een heel andere aanpak dan wat hij gewend was als rijder. Eggens beïnvloedt namelijk een veel grotere groep mensen in vergelijking met de eenzijdige en individuele focus die je nodig hebt als coureur. Ondertussen is Erik al enkele jaren aan de slag voor het merk met de gekruiste stemvorken en Yamaha kon zelden zo’n sterke structuur op en naast de baan naar voor schuiven als nu. Maar stilstaan is achteruitgaan en ook op het managementvlak van de motorsport wordt voortdurend gespeurd naar verbetering.


We schoven met Erik aan tafel om na te gaan hoe hij zich als sterrijder ‘omschoolde’ tot manager. En hoe Yamaha de voorbije drie jaar grote stappen zette om alle motorcrossactiviteiten –vergeet ook de YZ125 bLU cRU niet- te stroomlijnen.

Was de overstap van GP-winnaar naar het volgende hoofdstuk van je professionele carrière iets dat tijd kostte?
Erik Eggens: “
Het duurde inderdaad een tijdje om me aan te passen aan de baan die ik nu doe om twee redenen: (lacht) mijn vorige GP-overwinning was best lang geleden! Daarna reed ik nog een jaar of zes, zeven als professioneel rijder. En ten tweede, toen ik besloot te stoppen, begon ik niet meteen in deze rol voor Yamaha. Die aanpassing om de voortdurende focus op het beste uit jezelf te halen als rijder was niet zo moeilijk voor mij. Dat verliep redelijk soepel. Ik ben ook niet gestopt met rijden en zoals je weet rijd ik ook nu nog hobbymatig. Ik heb geluk omdat ik door mijn huidige baan nog steeds aan de slag ben in een sport waar ik van hou. Het was dus niet zo dat ik voor een enorm keerpunt in mijn leven stond. Ik heb nu andere verantwoordelijkheden en soms kan het best moeilijk zijn, maar ik weet dat ik geweldige mensen achter me heb bij Yamaha. Ze hebben me ook goed advies gegeven om me te helpen ontwikkelen.”

Als rijder hoef je je alleen maar zorgen te maken over jezelf. Nu manage je verschillende teams, veel mensen, verschillende persoonlijkheden en nationaliteiten. Dat moet lastig zijn geweest, die omschakeling.
Eggens:
“Voordat ik prof werd, deed ik het management van mijn eigen team om te kunnen rijden. Ik had toen dus al te maken met sponsors, monteurs… Daardoor had ik al wel een basis. Natuurlijk is de sport vandaag anders, maar ik denk dat het doel nog steeds hetzelfde is: winnen en het beste halen uit wat we in de racerij doen. Dat betekent zichtbaarheid, promotie en het ontwikkelen van de beste pakketten met rijders, teams, technische leveranciers en partners. Elke dag probeer ik nog steeds te begrijpen waar en hoe we beter kunnen doen; of dat nu is met rijders, met teams, binnen teams of in onze relatie met partners. Als we goed werk leveren en verbeteringen aanbrengen, kunnen we zeggen dat we vooruitgang boeken. Dus is dat inderdaad een beetje anders voor mij, maar het doel is toch erg vergelijkbaar.”

Mensen zien je nu als ‘Yamaha-man’ die de plannen strategieën binnen motorcross en MXGP opstelt. Hoe kan een rijder een deel worden van het Yamaha-project?
Eggens:
“Gelukkig hebben we alle stukjes van de puzzel om een ​​heel sterk beeld
in de motorcross neer te zetten. Simpelweg omdat we alle producten hebben om in elke categorie aanwezig te zijn. Gaande van de PW50 tot de YZ65, YZ85, YZ125, YZ250 tweetakt, YZ250F en YZ450F en we ondersteunen die klassen ook. We hebben een heel krachtig programma gericht op ontwikkeling.



Wie als rijder bij ons binnenkomt, zal duidelijk merken dat er een structuur is. Met bLU cRU kunnen we ook in een vroege fase van de carrière van een rijder samen van start gaan. We kunnen zien hoe rijders hun eerste stappen zetten en evolueren doorheen de piramide naar de top: de MXGP-klasse. Die structuur hebben we dus alvast. Op zich is dat opzet vrij nieuw is en we zijn nog steeds aan het verbeteren omdat de YZ65 een nieuw model is en zoals je weet werd de gloednieuwe YZ85 onlangs onthuld. Yamaha heeft een cultuur om direct met hun producten te racen, vooral op jeugdniveau. Het programma dat ik net beschreef zal ook evolueren als er nieuwe producten bijkomen of worden vernieuwd. Ik denk dat dit een heel groot pluspunt is. Bovendien wordt deze structuur alleen maar sterker als we ons concentreren op andere factoren rond de motor. Voor rijders die hun traject bij ons beginnen, doen we ons uiterste best hen zo goed mogelijk te ondersteunen. Doort hen een professionele omgeving te bieden, krijgen zij de kansen om te groeien. Hier zijn we trots op… maar we moeten blijven werken zodat meer rijders het leuk vinden om deel uit te maken van dit plan en zo hun hoogst haalbare niveau te bereiken.”

Jij sluit de contracten. Heb je in het algemeen ook veel te maken met de rijders?
Eggens: “
Op een dagelijkse basis weet ik wat er gaande is met onze jongens. Waar nodig kan ik proberen te helpen om Yamaha’s input te geven bij eventuele problemen. De teams werken natuurlijk zelf aan een dagplan met de rijders, of wel via de trainer, de teammanager of de teameigenaar. Het is belangrijk dat voor deze hele groep mensen alle neuzen in dezelfde richting staan, in lijn met de richting die Yamaha op wil. Dat is op zich een non-stop dialoog. Als we het hebben over het hoogste niveau, dus over de GP’s of de EK’s, dan willen we er zeker van zijn dat we rekening houden met de behoeften van onze rijders. Daarom hebben we bijvoorbeeld een osteopaat – iemand die de fysieke impact van onze sport begrijpt – maar ook andere voorzieningen zoals onze eigen Yamaha hospitality. Onze kracht ligt natuurlijk bij onze producten, maar het is ook belangrijk om in te zien de persoon op de motor ook ‘één’ is met de motor. We begrijpen dan ook dit hier een bepaalde ondersteuning voor nodig is.”

Je begrijpt ook hoe rijders in elkaar zitten omdat je zelf ook de glorie, de blessures, kortom de ups en downs zelf ondervonden hebt. Betekent dit dat de moeilijke gesprekken met rijders daardoor ook moeilijker zijn voor jou zelf?
Eggens:
“Ja, maar je moet begrijpen wat je kan doen en of er dingen zijn die je kunt wijzigen of aanpassen. We moeten dan de verschillende opties overwegen en vragen of eventuele veranderingen goed zijn voor ‘vandaag’ maar ook voor de toekomst voor de rijder en die van het team. Er kunnen veel factoren zijn die een beslissing of een strategie beïnvloeden. Als een contract niet werkt, moet ik in de spiegel kijken en zeggen “hoe kan ik het de volgende keer beter doen?” Dat kan het geval zijn met een rijder, een team of een ontwikkelingstraject. Het gaat erom de beste weg voor Yamaha te vinden.

Elke fabrikant heeft ook zijn eigen structuur. Of je nu wint of verliest in motorsport denk je er voortdurend aan hoe je weer kunt winnen, dat is een proces. Als je met een rijder of een team spreekt, is er vaak een reden waarom dingen toch niet lopen zoals het zou moeten. Het is stom om dan door te gaan zonder te denken ‘kunnen we veranderen?’ En als we dat niet kunnen – en het werkt nog steeds niet – dan kunnen we niet doorgaan. Misschien heeft een rijder een andere visie, we over- of onderschatten zijn vaardigheden, toewijding of motivatie. Resultaten zijn nu éénmaal erg zwart-wit en eenvoudig vast te stellen, maar er zijn heel veel factoren die een overwinning of een tweede plaats kunnen beïnvloeden. We moeten er voor zorgen dat de structuur stabiliteit heeft als onderdeel van ons plan. Als het team en de structuur op een goed niveau zijn, zou zich dat ook moeten laten voelen voor de rijder.”

Winnen of rijden op je beste niveau moeten de hoogtepunten zijn geweest van jouw actieve carrière. Waar haal je nu jouw voldoening uit?
Eggens:
“Er zijn zo veel mooie kanten. Verbetering zien is het beste. Drie, vier jaar geleden wisten we dat er niet genoeg ‘blauw’ in de Grand Prix-paddock was. Wat overbleef was bovendien vrij geïsoleerd. Dat is nu niet het geval en je ziet het ook terug als je naar een lokale crossbaan gaat. Dit soort dingen maakt me gelukkig. Er was ooit sprake van een volledige overstap (door de industrie) van tweetakt naar viertakt. Om te zien dat we nu een nieuwe 65c tweetakt maken hoe we die in onze racestructuur kunnen opnemen is fantastisch. Geluk kan te maken hebben met een positie op de baan… maar dat is niet het enige dat telt. Als een rijder zijn weekend kan ombuigen tot iets positiefs dan geeft dat ook voldoening. Eerlijk, ik heb moeite om iets negatiefs over mijn baan te bedenken!”


Wat meer tijd om zelf te rijden misschien?
Eggens: “Crossen blijft gewoon leuk om te doen –het is wel wat lastiger als je weinig tijd hebt om te trainen- maar gewoon lol hebben is het belangrijkste!”

Foto’s: Ray Archer, JP Acevedo, Yamaha Racing